‘Ondingen’, noemt de Amsterdamse wethouder Rutger Groot Wassink de standbeelden van koloniale misdadigers in de stad. Desondanks zal de gemeente geen initiatief nemen de beelden van hun sokkels te wippen. Dat zei Groot Wassink woensdag in de gemeenteraad van Amsterdam.
De wethouder doelde specifiek op beelden van gouverneurs van voormalig Nederlands-Indië Van Heutsz en J.P. Coen:
"Ze zijn ooit opgericht om nationalisme te stimuleren en ik word er dus niet vrolijk van. Maar het is nogal wat om te zeggen: als ik het wens moet het beeld weg. Het weghalen van beelden is namelijk ook nogal een symbolische daad."
Sinds de politiemoord op George Floyd in de Verenigde Staten en de massale protesten tegen institutioneel racisme en politiegeweld die hierop volgden, zijn wereldwijd monumenten voor omstreden koloniale figuren en slavenhandelaren beklad of vernield. In Amsterdam werd vorige week onder meer de gevel van het Tropenmuseum beklad en ook zijn er geluiden dat omstreden standbeelden zullen worden verwijderd.
Hoewel Groot Wassink de discussie over de beelden toejuicht, vindt hij het niet aan de gemeenteraad om over de toekomst van de monumenten te beslissen. Of de beelden blijven staan of niet, is aan volgens de wethouder aan de Amsterdammers. Wel nam hij stevig stelling tegen het bekladden van beelden van omstreden historische figuren. Zo werd het beeld van Mahatma Gandhi beklad met rode verf en werd er onder meer ‘racist’ opgeschreven. Hiertegen zegt Groot Wassink aangifte te zullen doen.