© cc-foto: Paul Balfe
Plotseling komt er een nieuwe mantra de Nederlandse politiek binnen: 'Nederland is vol'. Je leest die constatering overal. Allerlei wijsneuzen beweren dat ze een taboe doorbreken nu ze dit probleem op tafel leggen. Jeroen Pauw maakte er een tv-serie over. Hé, hé, eindelijk mag je het zéggen, eindelijk durven we het te benoemen.
Nederland is vol. We hebben te weinig ruimte, we hebben te weinig huizen, we hebben te weinig treinen, we hebben te weinig snelwegen.
Het zal allemaal wel bij opwinding en gelul blijven want tot oplossingen leiden zulke uitspraken niet. Terwijl het toch heel eenvoudig is: als een land te vol is, moet je het leger maken.
Dat is helemaal niet zo´n vreemd voorstel. Dat hebben we al eens met redelijk succes gedaan. De regeringen van na de oorlog vonden ook al dat Nederland – met meer dan tien miljoen inwoners – te vol werd. Daarom stimuleerden zij sinds mijn geboortejaar 1949 emigratie. Wegwezen! Allemaal! Elders is het gras groener.
In 1951 kwam het kabinet met een streefcijfer: 60.000 emigranten per jaar. Vervolgens kreeg dit mensenexportbeleid zelfs een wettelijke grondslag. Alles bij elkaar slaagde Den Haag erin 700.000 mensen het land uit te werken, waarvan er slechts 200.000 een eindbestemming binnen Europa zochten. In 1950 verklaarde de van links tot rechts zowat heilig verklaarde premier Willem Drees: "Een deel van ons volk moet het aandurven zijn toekomst te zoeken in grotere gebieden dan het eigen land."
Op een aantal Nederlandse ambassades werden emigratieattachés geplaatst die het pad naar een nieuwe toekomst voor de vertrekkenden moesten effenen. In Nederland zelf gaf een netwerk van emigratieconsulenten voorlichting over het mooie leven dat je buiten onze grenzen te wachten stond. Vertrekkers kregen riante reissubsidies. Op een gegeven moment was de belangstelling zo groot dat emigranten in spe twee jaar moesten wachten voor er een kajuit vrij kwam op de passagiersschepen waarmee ze werden weggebracht.
Al die vertrekkenden lieten lege huizen achter, open zitplaatsen in de trein en meer bewegingsruimte voor de achterblijvers.
Zou dat niet opnieuw kunnen? Zijn de huidige generaties zo door een Jan Salie geest bevangen, dat zij niet meer vooruit te branden zijn? Dat is onvoorstelbaar. Er zit vast nog pit in dit land. Je mag het niet meer zingen maar laten we het toch doen: 'Zie ik Neerlands vlag aan vreemde kust, dan juicht mijn hart victorie'.
Wie vindt dat Nederland te vol is, moet zich sterk maken voor een emigratiebeleid met ondersteuning en subsidies voor wie meer wil dan dit zo overbevolkte land kan bieden. Of zelf vertrekken natuurlijk.
Voor het overige ben ik van mening dat het toelslagenschandaal niet uit de publieke aandacht mag verdwijnen en de affaire rond het Groninger aardgas evenmin.
Beluister Het Geheugenpaleis, de podcast van Han van der Horst en John Knieriem over politiek en geschiedenis.
cc-foto: Paul Balfe