Burgemeester Aboutaleb heeft tijdens een kleine, besloten bijeenkomst in de Laurenskerk in het centrum van Rotterdam excuses aangeboden voor het Rotterdamse aandeel in het slavernijverleden. Uit onderzoek door het Koninklijk Instituut voor Taal- Land- en Volkenkunde dat op verzoek van de gemeenteraad is uitgevoerd is gebleken dat Rotterdamse vroedschappen, de voorlopers van wat nu het stadsbestuur is, investeerden in particuliere slavenhandel in in plantages, van Indonesië tot het Caribisch gebied. Ook vertrokken vanuit Rotterdam de schepen naar West-Afrika waar tot slaaf gemaakten aan boord werden gebracht en getransporteerd naar de koloniën op het westelijk halfrond.
Rijnmond meldt dat de excuses vandaag werden aangeboden omdat 10 december de internationale dag van de mensenrechter is. Eerder bood burgemeester Halsema van Amsterdam excuses aan op 1 julie, tijdens de Nationale Herdenking Slavernijverleden.
"Na de oplevering van de onderzoeksresultaten heeft de gemeente gesproken met tweehonderd Rotterdammers, van onder andere Surinaamse, Antilliaanse, Kaapverdische, Afrikaanse, Chinese, Indische, Indonesische en Molukse origine, zei Aboutaleb. Onder hen zijn mensen die het verleden willen laten rusten. Maar ook mensen die er juist aandacht voor willen. Maar ook zijn er mensen die boos zijn over de onrechtvaardigheid van de slavernij. Anderen zijn volgens hem stil en teruggetrokken. Burgemeester Aboutaleb: “We sluiten onze ogen niet langer voor de betrokkenheid van onze voorgangers.”"
Rotterdam gaat bij straatnamen die verwijzen naar de koloniale tijd een toelichting plaatsen. Het kabinet heeft nog steeds geen excuses gemaakt voor de rol van Nederland.
Bekijk hier de hele toespraak van burgemeester Aboutaleb: