Alles op de beelden toont aan dat de dieren niet als levende wezens worden gezien, maar bij wijze van spreken als een fiets die toevallig beweegt en die als de band stuk is, gewoon bij het oud vuil wordt gezet
Op 13 mei zijn door actiegroep beelden gemaakt bij een in Boxtel. De commotie rond de bezettingsactie was groot dus ik ga ervan uit dat niemand dit gemist heeft. Zowel de minister als de NVWA en natuurlijk de sector hebben hierop gereageerd. Het bestuur van de Hoge Agrarische School in Den Bosch vond het zelfs nodig kaartjes te drukken voor studenten en medewerkers om zo hun medeleven met de varkensboer te tonen. Maar ik heb nog weinig gehoord over de schokkende beelden die gemaakt zijn in de stal. Over de dieren dus.
De gemeenteraad van Boxtel sprak dinsdag 28 mei over de stalbezetting. In een eerdere reactie sprak de gemeente van ‘een gewelddadige overval’. Wij hebben heel veel van het beeldmateriaal bekeken dat door de actievoerders is gemaakt op 13 mei in Boxtel. En we kunnen alleen concluderen dat in de betreffende stal het welzijn van de dieren ernstig is aangetast en dat de wet daarmee is overtreden. Op basis van het beeldmateriaal moet aangifte tegen deze varkenshouder worden gedaan en dat is dus precies wat ik ga doen.
Dode, gewonde en verveelde dieren Op de beelden gemaakt in Boxtel is duidelijk een hele trits aan welzijnsaantastingen te zien. Ik beperk me tot de meest voorkomende en de meest ernstigste. Dode dieren die tussen levende soortgenoten liggen. Gewonde dieren die uit verveling worden aangegeten door soortgenoten. Geen verrijking in de kooien om juist die verveling tegen te gaan. Zieke dieren die aan hun lot zijn overgelaten.
De wet geeft aan dat dieren levende wezens zijn met eigen gevoelens. Om die redenen zijn er wettelijke regels opgesteld om hun welzijn te kunnen waarborgen. Alles op de beelden toont aan dat de dieren niet als levende wezens worden gezien, maar bij wijze van spreken als een fiets die toevallig beweegt en die als de band stuk is, gewoon bij het oud vuil wordt gezet.
Ik ga aangifte doen met daarbij het verzoek aan het OM om de politie aan te wijzen om dit onderzoek te verrichten. En dus niet de wat mogelijk voor de hand zou liggen. Maar gezien het feit dat de NVWA op dag 1 al heeft uitgesproken de boer te steunen heeft die partij zich daarmee gediskwalificeerd als onafhankelijke toezichthouder om dit onderzoek te verrichten.
Esther Ouwehand van de Partij voor de Dieren heeft de onthutsende beelden inmiddels ook bekeken en gaat Kamervragen stellen.
Bekijk onderstaande video en trek je conclusie. Je hoeft geen dierenarts of expert op het gebied van de Wet dieren te zijn om te zien dat deze dieren lijden. Gezond verstand is meer dan voldoende:
De overtredingen in Boxtel Hieronder som ik een aantal zaken op die ik op de beelden heb gezien en welke artikelen overtreden zijn van het Besluit houders van dieren (Bhvd) en/of de Wet dieren (WD). Ik leg hierbij uit wat had moeten gebeuren volgens het desbetreffende artikel.
Ernstig kreupele big zonder passende verzorging.
Er is hier sprak van overtredingen van het Besluit houders van dieren.
Art 1.7 c Bhvd: Het dier is overduidelijk kreupel en kan zich daardoor niet handhaven binnen de groep. Het dier had onmiddellijk en op passende wijze moeten worden verzorgd.
Art. 2.4 lid 4 Bhvd: Het dier is dusdanig kreupel dat het dier afgezonderd had moeten worden in een passend onderkomen dat zo nodig is voorzien van droog strooisel. Dit is niet gebeurd.
Ziek dier voor dood achtergelaten in een aparte ruimte.
Hier is te zien dat het dier zich niet meer kan oprichten en dus ook niet meer in staat is te eten of te drinken. Het dier is wel opgemerkt door de houder en in een lege stal neergelegd op de koude vloer. Hierbij heeft hij nagelaten het hulpbehoevende dier de zorg te bieden die hij had moeten krijgen door het dier in strooisel te leggen en de dierenarts in te schakelen. Blijkbaar heeft de houder het dier daar neergelegd om dood te gaan.
Hiermee heeft hij de volgende artikelen overtreden:
Art. 2.1 WD: Door het dier niet de juiste zorg te bieden is het dier onnodig pijn of letsel aangedaan.
Art 2.1 1 lid 6 WD: Wet dieren verplicht een ieder, dus ook de houder, een hulpbehoevend dier de nodige zorg te verlenen. Dit heeft de houder overduidelijk nagelaten waardoor hij ook dit artikel heeft overtreden.
Art 1.7 c Bhvd: Het dier is overduidelijk ziek en is niet onmiddellijk op passende wijze verzorgd.
Art 2.4 lid 4 Bhvd: Het dier is dusdanig aangetast dat het dier afgezonderd had moeten worden in een passend onderkomen dat zo nodig is voorzien van droog strooisel. Dit is niet gebeurd.
Art 2.4 lid 5 Er is geen dierenarts ingeschakeld en dit had wel moeten gebeuren.
Art. 1.12 Bhvd: Dit artikel geeft aan dat bij het doden en daarmee verband houdende activiteiten dieren elke vermijdbare vorm van pijn, spanning of lijden wordt bespaard. Een dier dat zo ernstig ziek is, had door een dierenarts ofwel moeten worden behandeld ofwel op humane wijze moeten worden geëuthanaseerd. Door het dier gewoon te laten creperen, is het dier pijn, spanning of lijden niet bespaard gebleven en heeft de houder willens en wetens bewust dit artikel overtreden.
Dode big in verregaande staat van ontbinding in de stal zelf bij de zeug.
Hier is een biggetje te zien dat al is overleden. Klaarblijkelijk heeft de houder het niet belangrijk gevonden om een dier dat al ziek was, af te zonderen en de zorg te bieden die het had moeten krijgen. Het kan zijn dat het diertje plotseling is overleden, maar dan nog had de houder dit moeten opmerken en had het diertje moeten weghalen. Gelet op de verregaande staat van ontbinding heeft de houder helemaal niets opgemerkt, ofwel heeft hij besloten het diertje gewoon te laten liggen.
Hiermee worden in ieder geval de volgende artikelen overtreden:
Art. 2.4 lid 3 Bhvd: Als hij niets heeft opgemerkt dan heeft hij art. 2.4 lid 3 Bhvd overtreden. Hij heeft dan namelijk niet zo vaak gecontroleerd dat lijden van het dier is voorkomen.
Aart. 2.4 lid 4 Bhvd: heeft de houder wel heeft gecontroleerd dan had hem moeten opvallen dat het dier ernstig ziek was. Door er vervolgens niets mee te doen heeft hij dit artikel overtreden. Het dier is dusdanig aangetast dat het dier afgezonderd had moeten worden in een passend onderkomen dat zo nodig is voorzien van droog strooisel. Dit is niet gebeurd.
Zieke big met ernstig aangetaste oren die op de grond ligt en niet in staat is op te staan ondertussen verder aangegeten door zijn broertjes en zussen.
De punten van de oren van het biggetje zijn ernstig aangetast met geronnen bloed weefselverlies. Deze ontsteking is van dien aard dat dit niet pas ontstaan is. Buiten het feit dat het dier niet meer in staat is om zichzelf te verdedigen en zich af te zonderen. Het dier wordt feitelijk langzaam maar zeker opgegeten waarbij begonnen is aan het oor.
Hier is sprake van de volgende overtredingen van de Wet dieren en het Besluit houders van dieren:
Art 2.1 WD: Door het dier niet op tijd weg te halen uit de groep en de zorg te bieden waar het wettelijk recht op heeft wordt het dier onnodig pijn of letsel aangedaan. Iedere varkenshouder weet of had moeten weten dat vanwege de verveling elke wond bij een dier lijdt tot aanbijten ervan door soortgenoten. Dit is ook de reden dat staarten structureel preventief worden geamputeerd. Het niet weghalen van de big getuigt van desinteresse waarmee willens en wetens het dier onnodig leed wordt toegebracht
Art 2.1 1 lid 6 WD: Wet dieren verplicht een ieder, dus ook de houder, een hulpbehoevend dier de nodige zorg te verlenen. Dit heeft de houder overduidelijk nagelaten waardoor hij ook dit artikel heeft overtreden.
Art 1.7 c Bhvd: Het dier is overduidelijk ziek en is niet onmiddellijk op passende wijze verzorgd.
Art 2.4 lid 4 Bhvd: Het dier is dusdanig aangetast dat het dier afgezonderd had moeten worden in een passend onderkomen dat zo nodig is voorzien van droog strooisel. Dit is niet gebeurd.
Art 2.4 lid 5: Bhvd Een oor met afgestorven weefsel is dusdanig ernstig dat hiervoor diergeneeskundige hulp had moeten worden ingeroepen. Dit is niet gebeurd. En dergelijke aandoening ontstaat niet binnen 5 minuten en had moeten worden opgemerkt door de houder.
Fokzeugen kunnen alleen maar op hun zij liggen en niet draaien en kunnen niet bij hun nakomelingen, ook niet als een biggetje in nood is.
Hier is sprake van overtredingen van:
Art. 2.1 WD: Doordat de dieren ernstig in het bewegingsvrijheid worden beperkt, worden de dieren ook beperkt in hun mogelijkheden voor hun kinderen te zorgen. Het kunnen zorgen voor hun kinderen is een basisbehoefte voor zoogdieren. Zelfs als een van de biggetjes in nood is, zo is goed te zien op een van de filmpjes, dan nog is de moeder niet in staat haar kind te helpen. Doordat er wel systemen beschikbaar zijn waarin fokzeugen niet beperkt worden in hun bewegingsvrijheid en de zeugen wel in staat zijn de zorg te kunnen bieden aan hun biggetjes, is dit toegebrachte leed daarmee ontoelaatbaar en is er sprake van dierenmishandeling. Het simpele feit dat het economisch voor deze varkensboer niet uit kan, is geen reden om daarmee dierenmishandeling te rechtvaardigen.
art. 1.6 lid 1 en 2 Bhvd: De bewegingsvrijheid van de zeugen wordt dusdanig beperkt dat het dier onnodig lijden of letsel wordt toegebracht. Onnodig omdat de dieren ook als fokzeug kunnen worden gebruikt in een groep en het opsluiten in een veel te kleine kooi onnodig en daarmee volstrekt ontoelaatbaar is. Het nee, tenzij beginsel van de wet wordt hierdoor met voeten getreden. Er zijn wel degelijk systemen waarmee de dieren wel normaal kunnen bewegen en waarmee dieren niet hoeven te worden beperkt in hun bewegingsvrijheid. Door de ernstige beperking in hun beweging worden de zeugen ook beperkt in hun fysiologische behoefte om hun kinderen te kunnen verzorgen. Deze behoefte is bij elk zoogdier een basisbehoefte en als daar niet aan kan worden voldaan, levert dit onnodig lijden.
Art. 1.7 onder d Bhvd: De kooien waarin de zeugen worden gehouden zijn volstrekt niet toereikend noch hygiënisch. De ontlasting ligt overal terwijl zeugen juist erg hygiënische dieren.
Art. 2.22 Bhvd: De dieren beschikken over geen enkele verrijking zoals dit artikel vereist. Ze hebben geen beschikking over voldoende materiaal om te onderzoeken en mee te spelen, laat staan permanent.
En dan heb ik het niet eens gehad over artikel 1.3 Wet dieren, waarin wordt gesteld dat de intrinsieke waarde van het dier wordt erkend waarbij TEN VOLLE hiermee rekening wordt gehouden. Ook wordt in hetzelfde artikel aangegeven dat dieren gevrijwaard zijn van onder andere dorst, honger, pijn, verwonding, angst en van beperking van hun natuurlijk gedrag. Je hoeft geen Neerlandicus te zijn om aan de hand van de beelden te kunnen vaststellen dat ook hier op geen enkel manier aan wordt voldaan.
Niet normaal! Bovenstaande misstanden kunnen in de varkenshouderij best allemaal als ‘heel normaal’ worden bestempeld, maar dat wil niet zeggen dat het ook normaal is. Het was niet normaal, het is niet normaal en het zal ook nooit normaal worden. Het is niet normaal dat je dieren, met overeenkomstige gevoelens als die van ons, op deze manier houdt en behandelt alsof ze een ding zijn. Het is niet normaal dat de boer dit doet omdat het anders teveel geld kost, het is niet normaal dat de consument dit maar accepteert omdat zijn vleeslapje lekker goedkoop blijft. Het is ook niet normaal dat de overheid vervolgens dit soort overtredingen goedpraat alsof er niets aan de hand is en sterker nog, zelfs zijn best doet om zoveel mogelijk de export van deze zieke sector te promoten.