Waarom er meer nodig is dan het leger om de Nigeriaanse terreurgroep te bestrijden
De Nigeriaanse president Muhammadu Buhari beweerde eind december in een media-interview de oorlog
tegen Boko Haram ‘technisch te hebben gewonnen’. De staatsman wil dat graag doen geloven, want 31 december is zijn beloofde deadline verlopen de terreurgroep, die het noordoosten van Nigeria al ruim zes jaar tot een bloedbad maakt, te hebben verslagen. Maar een reeks recente aanslagen maakt die woorden weer eens toekomstmuziek.
Een goed begrip van de drijvende krachten achter Boko Haram leert dat alleen militaire middelen de groep niet kunnen beteugelen. Boko Haram kan je ‘klappen verkopen, maar de ideologie raak je niet’, zei een goed ingevoerde Nigeriaanse journalist tijdens een interview voor mijn boek. Ongetwijfeld weet Boko Haram zijn strijders te rekruteren uit een vijver van vele slecht geschoolde en werkloze jongeren. Dat doet ze op slinkse wijze, via geleidelijke infiltratie in dorpen. Boko Haram biedt ze geld, wapens en het gevoel ergens bij te horen. Toch is de beweging allesbehalve een opstand van ‘straatarme jongens’. Er zijn tientallen miljoenen kansarme Nigerianen die zich niet laten verleiden tot terreur. Ook gebrekkige religieuze kennis maakt jongeren vatbaar voor Boko Haram’s ideologische boodschap, het islamiseren van Nigeria.
In dit immense en uiterst religieuze land, waar jongeren de koran of de bijbel een ‘way of life’ noemen, onderschatten we de kracht van die ideologie. Een charismatisch leider met een ‘goed’ verhaal en een beetje geld wint makkelijk massa’s jonge gelovigen voor zich. Boko Haram’s voormalige leider, een jonge welbespraakte ideoloog genaamd Mohammed Yusuf werd razend populair met zijn verzet tegen de corruptie, armoede én de volgens hem halfslachtige beoefening van de islam in Nigeria. Hij gaf democratie, partijpolitiek en westers onderwijs daarvan de schuld. En daarin was hij niet de enige. Vele radicale bewegingen gingen Boko Haram voor.
Nog steeds telt Nigeria talloze rondtrekkende predikanten wiens woorden nauwelijks worden gecontroleerd. Jongeren zeggen door de bomen het bos niet meer te zien en weten niet wie ze moeten geloven. Behalve werk en inkomen kan ook beter religieus onderwijs hen weerbaarder maken. Want na Boko Haram staat zo weer een radicale ander op. Het besef groeit dat een effectieve strijd tegen terreur ook een grotere rol voor religieuze leiders vereist. Zij kunnen en moeten een eensgezind ‘ideologisch weerwoord’ bieden tegen radicaal gedachtengoed. Maar dan moeten zij wel adequate bescherming krijgen. De terreurgroep heeft tientallen imams vermoord, omdat ze gematigd waren of kritiek hadden op de beweging.
Ook moeten Boko Haram’s bronnen van geld en wapens worden onderzocht en afgesneden. Na al die jaren weten we nog steeds niet wie of wat Boko Haram ondersteunt. De westerse interesse voor vermeende banden met Al Qaeda of Isis is vooral op suggestief giswerk gestoeld, maar nooit bewezen. Die aandacht leidt bovendien af van de lokale politieke context. Boko Haram werd groot met politieke steun. En nog steeds zijn er stevige aanwijzingen dat politici de groep beschermingsgeld betalen, in ruil voor behoud van rust, bescherming van hun investeringen. Soms het resultaat van afpersing, soms uit sympathie. Ook zijn er legerofficieren die de groep informatie en wapens doorsluizen. Bij gebrek aan bewijs komen arrestanten echter steevast vrij.
Nigeria moet meer investeren in onafhankelijke onderzoeksjournalistiek en rechtspraak om die aanvoerkanalen te doorgronden en Boko Haram’s godfathers te vervolgen. Het is stuitend dat het ooit almachtige Nigeriaanse leger, dat wereldwijd bijdroeg aan vele vredesmissies, een terreurgroep van enkele duizenden strijders op eigen bodem niet kan verslaan. Leger- en politiegeweld heeft de beweging enkel bloeddorstiger gemaakt. Burgermilities zijn effectiever, maar daardoor zijn burgers steeds vaker doelwit van nietsontziende wraakacties en is het aantal burgerslachtoffers de lucht in geschoten. Daar moeten we lessen uit trekken. Willen we echt een einde aan de terreur, investeer in een leger dat behalve uit soldaten ook uit religieuze leiders, analisten, rechters en bestrijders van armoede en corruptie bestaat.