Begin dit jaar zond BNNVARA de vierdelige journalistieke detective-serie ‘Niemand die het ziet’ over hybride oorlogsvoering uit. Huib Modderkolk onthulde dat een Nederlandse geheim agent 15 jaar geleden apparatuur zou hebben geïnstalleerd in een atoomcomplex in Iran en daarmee het Iraanse kernprogramma saboteerde. Uit zijn journalistieke onderzoek bleek dat de AIVD de politiek hier niet van op de hoogte had gesteld en dat leidde tot nationaal nieuws. Maar daar bleef het niet bij. Er werden Kamervragen gesteld en in het Europess hof werd aandacht gevraagd voor een betere Europese samenwerking. De makers organiseerden impactsessies door het hele land en ontwikkelden samen met Beeld & Geluid een educatieve workshop.
In diverse recensies van ‘Niemand die het ziet’ wordt benoemd hoe de verschillende lagen van de serie optellen:
Trouw ‘De verontrustende serie gaat over meerdere digitale strijdperken: zonder dat we het als het grote publiek in de gaten hebben, zonder dat de bommen en granaten vallen, wordt op allerlei fronten oorlog gevoerd tussen landen.'
NRC 'Alsof je tegelijkertijd naar Oppenheimer, James Bond en Nieuwsuur kijkt. (…) De nieuwe oorlog is onzichtbaar maar akelig voelbaar’.
de Volkskrant ‘De documentaireserie Niemand die het ziet is zo spannend dat je bijna vergeet dat het niet geënsceneerd is’.
Kamervragen en reactie Europees Parlement
Meteen na de publicatie van het onderzoek naar de Nederlandse betrokkenheid bij de Stuxnet-operatie werden er door diverse partijen in de Tweede Kamer vragen gesteld aan de ministeries van Algemene Zaken, Binnenlandse Zaken, Buitenlandse Zaken en Defensie. Deze Kamervragen richten zich zowel op de informatievoorziening aan het parlement als de controlemechanismen die het parlement heeft waar het gaat om geheime operaties van onze inlichtingendiensten. Zowel D66 als NSC kwamen met eigen voorstellen voor de versterking van het parlementair toezicht, waarbij NSC bijvoorbeeld concreet pleit voor een apart ‘meldkanaal’ bij de Tweede Kamer of de Algemene Rekenkamer voor medewerkers van inlichtingendiensten die misstanden willen doorgeven. Ook wordt er gedacht aan een aanpassing van de samenstelling van de commissie Stiekem (de Commissie Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten CIVD van de Tweede Kamer).
In het Europees Parlement was de documentaireserie aanleiding voor Tom Berensen (delegatieleider CDA binnen de EVP-fractie) om aandacht te vragen voor de bescherming van de onderzeese infrastructuur. Berendsen roept op tot meer Europese samenwerking en een ‘Europese kopgroep’ voor het beschermen van de onderwaterinfrastructuur van Nederland, België, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Die kopgroep zou snel zorg moeten dragen voor fysieke beveiliging, cyberbeveiliging en alternatieve kabels. Hiermee zoekt de EVP-fractie aansluiting bij wat Bart Groothuis (RENEW) eerder al bepleitte; hij kaartte de risico’s aan in zowel aflevering 1 (Nord Stream) als aflevering 3 (bezoek Kustwacht) van Niemand die het ziet.
Impacttraject met bijeenkomsten door het hele land
Aansluitend aan de serie zijn bijeenkomsten georganiseerd waarbij het uitgangspunt was om een volwaardig programma te presenteren dat ook relevant is voor mensen die de serie niet hebben gezien. Daarom is er een speciaal ‘college’ ontwikkeld met Huib Modderkolk. De eerste meetup vond plaats op 3 april in een uitverkocht TivoliVredenburg in Utrecht, waar ruim 550 mensen aanwezig waren en 40% van het publiek onder de 35 jaar was. Bijeenkomsten vonden plaats in: Tilburg, Delft, Amsterdam, Nijmegen, Zwolle en Den-Haag. In Den Haag vond aansluitend een debat met Kamerleden plaats. Begin 2025 zal een achtste bijeenkomst georganiseerd worden in de politieke hoofdstad: Brussel.
Educatieve workshop Beeld & Geluid
Beeld & Geluid heeft in samenwerking met de creative tech agency Tapart interactief een speciale digitale omgeving gebouwd waarin de deelnemers leren om (bronnen)onderzoek uit te voeren en waarin ze uiteindelijk komen tot de publicatie van hun onderzoeksresultaten in een krantenartikel. Door het journalistieke proces te laten zien en concreet te maken, wordt het voor de deelnemers gemakkelijker om betrouwbare informatie te herkennen en journalistiek onderzoek te onderscheiden van meningen, desinformatie en geruchten. De deelnemers doen in de workshop zelf onderzoek naar een speciaal ontwikkelde casus. In groepjes worden zij zo stapsgewijs geconfronteerd met de vragen waar een journalist voor staat: hoe benader je bronnen? Hoe ga je zo objectief mogelijk te werk? Hoe weet je of wat je van iemand hoort ook echt de waarheid is? Wat als je vastloopt in je onderzoek? Tijdens het onderzoek maken de deelnemers steeds gebruik van ‘hulplijn’ Huib Modderkolk. In speciaal opgenomen video’s geeft hij toelichting op de stappen van het journalistieke proces; in de video’s zien we ook fragmenten uit de documentaireserie om wat hij vertelt direct tastbaar te maken.
Op de hoogte blijven van de ontwikkelingen rondom ‘Niemand die het ziet’ kan door te abonneren op de nieuwsbrief.
Meer over:
#uitgelicht