Floortje reist, soms alleen soms samen, naar alle uithoeken van de wereld om de mooiste mensen en verhalen te vinden. Mensen die van de gebaande paden gaan en of een inspiratie voor ons allen kunnen zijn.

Anne is klimaatboer voor het leven

WDUI__20210531_016
Klimaatboer voor het leven, zo noemt Anne (33) zichzelf. Samen met haar vriend Ricardo gooit ze haar leven om en start ze op in Nijmegen klimaatboerderij Bodemzicht. Op Bodemzicht wordt er regeneratieve landbouw bedreven, dat is een manier waarbij de natuurlijke hulpbronnen worden versterkt in plaats van uitgeput. Anne: ‘Onze missie is het faciliteren van leven. Je kunt dus regeneratieve landbouw iets creëren wat win-win-win op alles is.’
‘Als kind heb ik altijd heel veel buiten gespeeld en voelde ik me verbonden met alles wat leeft. Ik verzamelde kikkers of allemaal insecten. Eenmaal op de middelbare school kwam kreeg ik steeds meer interesse in kunst en wetenschap. Toen ik een studie wilde kiezen, kon ik niet een combinatie van biologie en cultuur vinden. Dat is uiteindelijk een beetje het thema van mijn leven geworden. De scheiding tussen natuur aan de ene kant en cultuur van de mens aan de andere kant. Alsof dat twee totaal andere werelden zijn. Nou echt niet. Ik ben uiteindelijk kunstgeschiedenis gaan studeren.’
‘Vanuit die zoektocht ben ik terecht gekomen bij Artis, daar heb ik drie en een half jaar gewerkt als tentoonstellingsmaker over de relatie tussen mens en natuur. Toen heb ik alles wat daarover te vinden viel gelezen, gekeken en in mij opgenomen. Ik wist natuurlijk al dat we als mens voor een heel grote uitdaging staan als het gaat om biodiversiteitverlies en de klimaatcrisis, maar als je daar zolang over leest dan ga je dat belichamen. Ik moest daar echt wat mee.’
WDUI__20210531_005
Aanpakken
‘Ik heb toen besloten mijn baan op te zeggen bij Artis. Inmiddels had ik ook Ricardo ontmoet, mijn Spaanse vriend. Hij is bioloog. We kwamen elkaar tegen op een moment in ons leven waarvan we dachten: ‘we willen meer doen’. Hij wilde niet alleen schrijven over de natuur en ik wilde niet alleen tentoonstellingen maken over de klimaatcrisis. We willen allebei ecologisch actief zijn.’
‘Voor ons was een keerpunt de Groen Goud (Tegenlicht red.) documentaire. Cameraman en ecoloog John D. Liu was al jaren bezig met woestijnen te vergroenen. De film vertelde over het löss-plateau in China; het grote gebied veranderde door regeneratie van een totale woestijn naar een super vruchtbaar landschap. We vonden dat zo inspirerend. We dachten; we kunnen gewoon dit proces van degradatie in klimaatverandering omkeren. Het is toch geweldig dat wij in staat zijn om ernstig aangetaste ecosystemen te herstellen, maar waarom doen we dat niet als mensen?’
WDUI__20210531_022
Regeneratieve landbouw
‘Toen zijn we ons gaan verdiepen in regeneratieve landbouw. Het verschil tussen duurzaam en regeneratief werken? Duurzaamheid gaat voornamelijk over het verminderen van je negatieve impact. Hoe kun je iets minder slecht doen; hoe kan je je ecologische voetafdruk minder groot maken. Dat is niet een verhaal waarvan wij super enthousiast werden, we wilden meer dan dat. Na het kijken van die docu dacht ik: ‘Yes, je kan dus daadwerkelijk een positieve impact maken’. Dat verhaal werd ons eerder niet verteld.’
‘Een positieve impact is dat je meer CO2 afvangt dan uitstoot, meer biodiversiteit creëert dan vernietigd en ook winst maakt. En dat dat alle drie tegelijkertijd gaat. Dat is waar we van dachten; wauw! En dat je daar dan ook nog je boterham mee kan verdienen, was voor ons een droom. We waren toen al zeven jaar aan het zoeken, maar op dat moment was het duidelijk; Bodemzicht moet starten.’
WDUI__20210531_002
Een eigen plek
‘Vanuit daar zij we gewoon gaan zoeken, toen kwamen we op het bedrijf van Richard Perkins in Zweden. De Ridgedale Permaculture Farm. Richard gaf ons de bevestiging dat onze dromen haalbaar waren. Hij had zijn data heel goed bijgehouden; je kon precies zien waarvan hij verdiende. Ricardo is toen twee jaar geleden naar Zweden gegaan, om daar in de zomer op de boerderij te werken. Zo kon hij vanuit daar ons bedrijfsplan verifiëren. We hadden namelijk geen geld en geen goed netwerk in de landbouw. Het plan moest gewoon supergoed in elkaar zitten, het zou onze enige kans zijn om deze droom tot realiteit te maken.’
‘Het vinden van een stuk land is best een uitdaging, veel landeigenaren vinden het eng om zo’n lange termijn project aan te gaan. Voordat je een land weer ‘booming’ hebt, zoals ik het zou noemen, duurt het toch wel vijftien jaar. Het is nogal een commitment. Dat hoort ook wel bij regeneratieve landbouw om de aarde gezonder te krijgen. We zitten momenteel zo op de korte termijn politiek en de korte termijn investeringen, dat is gewoon niet goed voor onze aarde. Dat voelde voor ons heel goed, maar vind dat maar is iemand als je geen geld hebt waar je dat kan pachten. Wij hadden niet de luxe om een boerderij te kopen. Dat was wel echt een vertrouwenskwestie, want waar vind je iemand die begrijpt wat je doet en waarvan je voelt dat ondanks de verplichte contracten er een basisvertrouwen is. Dat je denkt hier durf ik het aan. Want het zou wat zijn dat je tien jaar bezig bent en gedachtes veranderen; dan verdampt je hele investering. ‘
WDUI__20210531_020
Bodemzicht
‘Vorig jaar zijn we hier eindelijk begonnen, dankzij het vertrouwen van Kien van Hövell van Landgoed Groostal. Het landgoed is twintig hectare met mogelijk in de toekomst dertig. Wij hebben hier vijf hectare. Op ons terrein is nu een no-dig tuin, een werkstation en ‘as we speak’ wordt er een kas gemaakt.’

‘We telen ongeveer zestig verschillende soorten groeten. De reguliere dingen zoals de bietjes, wortels of sla; eigenlijk alles wat je in de supermarkt kan kopen. Maar ook minder reguliere groente, die superlekker zijn maar we vaak niet kennen. Veel bladgroenten, onbekende soorten bietjes, 7 verschillende soorten aardbeien, kruiden, eetbare bloemen; zo kan ik nog wel even doorgaan. Straks als we meer gaan verbouwen in ons voedselbos zullen daar ook nog eetbare kastanjes, kersen, pruimen et cetera bij komen.’
‘Ook soorten die je hier niet zo gauw in Nederland tegenkomt kunnen we verbouwen. Bijvoorbeeld de vijg, die heeft iets meer warmte nodig. Dat kan doordat je een microklimaat ontwerpt waardoor deze net iets meer warmte krijgt. We zorgen dat we de zon opvangen in een laan tussen de bomen. Door dan aan het einde van die laan ook nog een vijver aan te leggen weerkaats je het zonlicht terug en kun je meer warmt minnende gewassen groeien.’
Klimaatkippen
‘Onze 170 “klimaatkippen” zorgen naast eieren ook voor het opbouwen van ons gras en de bodem. De vijf hectare van Bodemzicht was aardig uitgeput door de reguliere landbouw. Wij zijn nu bezig met het regenereren van de bodem, dat betekent eigenlijk dat je de bodem weer vruchtbaar maakt. We doen dit vooral met begrazing en rust. Vroeger stonden kuddes met dieren op de grond, die liepen, poepte en graasde daar. Zo’n kudde maakt een hele intensieve impact op één plek en komt niet terug naar dezelfde plek voordat er weer wat te eten is. Dit maakt de bodem vruchtbaar, omdat de grassen de tijd krijgen om diep te wortelen. Toen we opeens kuddes tussen hekken gingen zetten, kwam er overbegrazing en verarmde de grond. Daardoor kan er ook minder groeien. Met de kippen en kipmobielen bootsten we de kudde na. Elke twee dagen worden de kippen verzet en die komen pas terug bij start als het gras er beter uitziet dan dat het eruit zag. Zo worden je grassen steeds hoger, de wortels steeds dieper en sla je koolstof op in de bodem.’
WDUI__20210531_013
No-dig
‘Wij hebben een no-dig market garden, in het Nederlands is dat de niet-graaf-groentetuin. Dat is eigenlijk een tuin waarin we zo min mogelijk graven, spitten of schoffelen. Ik denk dat we vooral moeten stoppen met ploegen, we zijn al sinds het begin van de landbouw dat heel erg gewend. We dachten altijd dat dat heel erg goed was, maar nu blijkt dat door al dat ploegen je bodem verarmd. Je verliest heel veel water, koolstof, want dat gaat de lucht in als CO2 en je verliest leven. Natuurlijk verstoor ik ook wel een beetje de bodem in de tuin. Maar je doet dat zo min mogelijk en werkt daarbij zoveel mogelijk samen met de dieren en planten. Er zitten wel eens planten bij die je niet wilt hebben, die haal ik dan voorzichtig weg met de hand. Er is ook heel veel leven wat ik wel wil; dat zijn vlinders, bijen, wormen, bacteriën en schimmels. Die zijn allemaal heel erg welkom in deze tuin.’

‘Heel veel mensen zijn bang dat als je niet sprayt of ploegt je minder kan verbouwen. Wij willen laten zien dat dat niet waar is en dat je juist meer kan verbouwen dan in een normale groentetuin. Omdat je kijkt naar wat de grond en het leven daarin nodig heeft in plaats van wat jij zelf wilt.’
Anders boeren
‘Onze missie is het faciliteren van leven. Je kunt dus regeneratieve landbouw iets creëren wat win-win-win op alles is. Win op ecologisch, sociaal en economisch aspect. Een paar voorbeelden; de biodiversiteit knalt hier straks door het spreekwoordelijke dak, sociaal omdat we een hele hechte gemeenschap hebben, een boer opleiding maar ook omdat mensen hier groentepakketten kunnen ophalen en zien waar hun eten vandaan komt. Maar ook op economisch aspect: hier kunnen wij weer ons boterham mee verdienen.’

‘Bodemzicht is een productieboerderij en een leerplek. Ricardo is hoofd productie en ik ben hoofd leerplek. We geven cursussen en workshops over hoe je regeneratief kan boeren. Maar we hebben het ook over iets groters dan dat; hoe bouw je een regeneratieve samenleving. Hier gaat het alleen over regeneratieve landbouw, maar in mijn ideale wereld trekken we de winst op sociaal, ecologisch- en duurzaam vlak, door naar de politiek, economie, zorg en educatie.’
Toekomst
‘Ik wil heel graag een heel sterk Europees, regeneratief netwerk. Dat begint zich al een beetje te vormen. We zullen ons voorlopig focussen op Nederland, maar ook steeds meer daarbuiten. Netwerk is zo superbelangrijk, je vindt steun bij elkaar en kan vragen stellen aan de ander. Ik ben wel een beetje bang dat ‘regeneratief’ een betonwoord wordt; dat mensen het te pas en te onpas gebruiken. Het is geen marketing kreet maar een manier van leven. Ik vind het dan jammer dat grote bedrijven de term te makkelijk te lijken toe-eigenen. En vanaf dit najaar gaan wij ons veld inplanten! Heel veel bomen planten. We willen over vijftien jaar een open boswijde; dat het leven om je heen zwermt en zoemt, je alles kan eten en dat het gewoon één landschap van overvloed hebt. Dat lijkt me fantastisch, ons eigen paradijs.’

‘Daarnaast wil ik samenwerken met geweldige mensen die van onze oogst superproducten kunnen maken. We zijn bijvoorbeeld in gesprek geweest met een bierbrouwerij zodat we een Bodemzicht-biertje kunnen maken. Mooie dingen doen en maken, dat wil ik.’
WDUI__20210531_007