© NTR
Het verhaal van de in Westerbork gecomponeerde musical bewijst dat er zelfs op de vreselijkste plekken schoonheid kan ontstaan.
Terwijl er wekelijks zo’n duizend Joden uit Westerbork naar vernietigingskampen werden afgevoerd, liet de Duitse kampcommandant Gemmeker de gevangenen cabaretavonden organiseren. De artiesten speelden vaak letterlijk voor hun leven: een optreden betekende regelmatig uitstel van deportatie. In juni 1944 werd de opera Ludmilla eenmalig uitgevoerd in het kamp, met desastreuze gevolgen voor de makers.
In de gelijknamige podcast vertelt journalist Frank Kromer het verhaal van Ludmilla, de opera die in Westerbork gecomponeerd werd. De makers leken ermee te rebelleren tegen de nazi’s: in de tekst zaten verwijzingen naar ‘rookpluimen in het oosten’ en onderduiken. Het schoot de kampcommandant in het verkeerde keelgat. Enkele weken na de enige uitvoering werden de makers afgevoerd.
Tijdens gesprekken met historici en muzikanten die Ludmilla tachtig jaar later opnieuw uitvoeren, maakt Kromer duidelijk hoe bijzonder de opera is. Hij analyseert teksten, laat uitvoeringen horen en weet uiteindelijk te bewijzen dat er zelfs onder de allerzwaarste omstandigheden werk van grote schoonheid kan ontstaan.
Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief