De oplettende kijker is het waarschijnlijk opgevallen: actrice Olga Zuiderhoek (76) is een graag geziene gast bij Khalid & Sophie. Ze heeft een duizelingwekkend uitgebreide platenkast en daarom schuift ze regelmatig aan om ons mee te nemen in muziek die haar in haar leven nooit in de steek liet. Om de platenkast van Olga Zuiderhoek enigszins behapbaar te maken hebben we er een playlist van gemaakt.
‘Maar wat er ook gebeurt, er klinkt muziek.’ Zo heet Olga’s voorstelling, waarin ze ons meeneemt door haar twintigste eeuw. Ze laat onder andere blijken hoe de twee gevoerde oorlogen je kunnen beïnvloeden zonder dat je ze hebt meegemaakt. Ook wordt duidelijk hoe verdrietig ze werd van homoseksuele mensen die het in de jaren ‘50 moeilijk hadden. Ook haar man en muzikant Willem Breuker komt aan bod. Hieronder een greep uit haar voorstelling.
Het lied waar de titel van Olga’s voorstelling in opduikt is tevens het favoriete nummer van Olga. In bovenstaande video beluister je dit nummer vanaf minuut 28:51. Een allesomvattend lied dat zich aan het leven en de vele teleurstellingen die daarbij horen vastklampt en na de laatste noot vreemd genoeg vooral een geruststellend gevoel achterlaat.
Als je eenmaal weet hoe de geschiedenis in elkaar steekt, blijkt het een stuk gemakkelijker om om te gaan met al het verdriet dat je levensloop op je afvuurt. Het is zelfs mogelijk het even volledig uit te schakelen. Hoe je leven zich ook manifesteert, de muziek houdt niet op.
Olga kreeg net na de start van de pandemie corona. Er was toentertijd nog veel onduidelijk over het virus, maar met het nummer ‘Stayin’ Alive’ wist Olga gelukkig de moed erin te houden. Daarnaast is dit nummer ook handig om mee in beweging te blijven, zo drukte haar huisarts haar op het hart. Op de maat van nummers als deze, maar ook ‘Beat It’ van Michael Jackson, kon Olga dagelijks tot wel 25 rondjes door haar appartement lopen. Dit deed ze terwijl ze maar liefst een maand in isolatie heeft moeten zitten, wachtend op duidelijkheid en beterschap.
Dit is volgens velen één van de meest ondergewaardeerde liedjes van The Beatles. Zo op het eerste gezicht lijkt het een liefdesliedje, maar Paul McCartney schreef ‘Martha My Dear’ over zijn hond. Reden voor Olga om het op haar verzamel-cd te zetten die ze voor vrienden maakte die hun hond waren verloren, een compilatie genaamd ‘Dogs Do Speak’. Ook liedjes als ‘How Much Is That Doggie In The Window’ van Doris Day en ‘Bello, Bello, Bello’ van Annie M. G. Schmidt staan erop. Naast verzamel-cd’s over honden, maakt Olga ook compilaties met wat er nog wel deugt aan de VS en ook met opera-hits zonder dat je er een hele voorstelling van vier uur voor moet uitzitten.
Op 20-jarige leeftijd vertrok Olga naar New York om de stad te leren kennen. Daar komt ze te werken in een eetcafé in The Garment District, waar de textielarbeiders zich toentertijd ophielden. Hen kon Olga met geen mogelijkheid verstaan, waar de arbeiders doodongelukkig van werden. Hierna week ze uit naar Bleecker’s Café & Restaurant, waar ze onder andere verantwoordelijk werd voor de muziek. Ze draait dan naar eigen zeggen “blijmaakmuziek” overdag, zoals dit stuk met hoboïst Han de Vries.
‘s Avonds mocht de muziek wat melancholischer in het eetcafé waar Olga werkte. Daar past dit lied van de naar de VS uitgeweken componist Kurt Weill goed bij. Hij was onderdeel van de stroom vluchtelingen in die tijd en volgens Olga waren die er heel trots op als er een componist tussen zat die zich kon onderscheiden. Als je goed luistert hoor je in de woorden van Weill nog zijn Duitse accent. Het accent van iemand die zich razendsnel aan het aanpassen is.
Overigens werd de muzieksmaak van Olga zeer gewaardeerd in Bleecker’s Café & Restaurant. Toen ze terugging naar Amsterdam kreeg ze van de eigenaar te horen dat ze terug mocht komen wanneer ze wilde. Missie geslaagd.
Tegen de tijd dat Olga volwassen werd begon dit lied een grote rol te spelen in haar leven. Maar niet op een voor de hand liggende manier. Haar moeder zette het namelijk op het verkeerde - te langzame - toerental aan. Hierdoor leek het alsof het door een man werd gezongen voor zijn ‘Milord’. Oftewel: ‘Milord’ veranderde van degelijk liefdesliedje in één van de eerste queer anthems.
Ook was het zo dat Olga in Assen opgroeide. In de jaren vijftig van de vorige eeuw was daar weinig acceptatie wat betreft homoseksuele mensen. Wanneer zij de langzame versie van ‘Milord’ hoorde eindigde zij dan ook niet zelden in tranen.
Pas recent kwam Olga erachter hoeveel impact de Tweede Wereldoorlog op haar gehad heeft. Omdat ze in 1946 geboren is zou je denken: vrij weinig. Precies wat Olga ook dacht: “De twintigste eeuw telt twee wereldoorlogen, en ik ben ze beide misgelopen. Hoeveel mazzel kan je hebben?”
Als ze een ander naoorlogs kind in een interview hoort praten over hoe de oorlog hem toch ontzettend heeft gevormd, denkt ze: “Hè, verrek, dat geldt ook voor mij!” Het besef dat ook naoorlogse kinderen door de oorlog konden worden geraakt, kwam dus pas op 75-jarige leeftijd bij Olga binnen.
Dit stuk van George Antheil is een naoorlogse sonate uit 1918 en staat voor de verontwaardiging over hoe zo’n verschrikking heeft kunnen plaatsvinden. Dit nooit meer, hoopten ze.
Een stuk van Stravinsky dat net na de Eerste Wereldoorlog uitgebracht werd. Er zit een bijzonder verhaal achter.
'Het verhaal van de soldaat van Igor Stravinsky
werd in 1918 lovend ontvangen
dus rondbrengen maar die mooie muziek.
Helaas, de musici was besmet door een virus
héé, de dag na de premiere bleek
dat de musici elkáár hadden besmet
héée, ze kònden niet spelen, ze waren doodziek.
En dat was de Spaanse Griep
zo’n dikke 100 jaar geleden.
Einde eerste wereldoorlog, hèhè
krijgt die hele wereld er een virus bovenop!
Wij hebben nu het omgekeerde
na de corona pandemie kregen we een oorlog
hopelijk wordt het geen wereldoorlog
maar we hebben al wel oorlog naast de deur…
En in tegenstelling tot onze covid
gingen bij de Spaanse Griep niet de oude
maar de jònge mensen dood
jonge mannen gingen naar hun werk
werden besmet en konden zich laten kisten.
En geen diepe zakken van Wopke Hoekstra.
Geen laboratoria over de hele wereld die
al binnen een jaar een paar vaccins uitvinden
waardoor wij hier nu kunnen zitten.
Hoeveel mazzel kunnen we hebben?
En de zorg, comme toujours
werkte zich een slag in de rondte
uit liefde en mededogen.’
Ook de nasleep die een oorlog met zich meebrengt blijft niet onbesproken in Olga's voorstelling. De laatste tijd zit Olga met een schuldgevoel tegenover de vluchtelingen die naar Nederland komen. ‘Reisefieber’ (reiskoorts), geschreven door haar wijlen man Willem Breuker, illustreert dit gevoel.
Het is slechts één van de vele voorbeelden hoe Olga Zuiderhoek in haar voorstelling geschiedenis met de actualiteit verbindt. En al die voorbeelden kunnen nog zo erg van elkaar verschillen, één ding wil Olga ons op het hart drukken: of je nou op de vloer van een vieze kroeg of ziekenhuis ligt, een oorlog hebt meegemaakt en moe(s)t vluchten, niet hetero bent, je een concentratiekamp hebt overleefd, je je eenzaam hebt gevoeld tijdens de pandemie, je je goudvis ineens morsdood op zijn kop ziet drijven, wat er ook gebeurt, er klinkt muziek. Punt.
‘Maar wat er ook gebeurt, er klinkt muziek’ gaat morgen in première in het Muziekgebouw aan ’t IJ.