Een eerlijk gelijkwaardig Nederland. Wij zijn voor. Jij ook?

Wordt het niet eens tijd voor fairtrade 2.0?

14-05-2022
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
582 keer bekeken
  •  
battlecreek-coffee-roasters-3q3f1uDQk94-unsplash

Vandaag is het World Fair Trade Dag - oftewel de dag voor eerlijke handel. Maar wordt het niet eens tijd voor fairtrade 2.0?

In de supermarkt kan je fairtrade-producten herkennen aan het bijbehorende logo. Staat dat logo op de verpakking dan kan je ervan uitgaan dat de boer die bijvoorbeeld de koffie- of cacaobonen voor jou heeft verbouwd daar een eerlijke prijs voor heeft ontvangen. Op die manier wordt werk eerlijker beloond.

Fairtrade 2.0?

Het is inmiddels ruim zestig jaar geleden dat de eerste fairtrade-organisatie werd opgericht. Hoog tijd voor fairtrade 2.0, namelijk fairchain, vindt Guido van Staveren van Dijk, van Moyee Coffee. ‘Deze koffie komt uit Ethiopië. Uit de Limu-streek – die nu Limu heet, maar vroeg Kaffa. Kaffa is de geboorteplaats van koffie; daar is het honderden jaren geleden voor het eerst gevonden’, vertelt Van Staveren van Dijk bij Kassa Groen.

Wat maakt die koffie zo anders?

De koffie wordt niet in Nederland, maar in Ethiopië gebrand. ‘Dat is het startpunt van wat wij de fairchain-revolutie noemen. Wij willen de balans herstellen tussen de koffie-producerende-landen en de koffie-consumerende-landen.’ Het gekke is namelijk dat koffieboeren steeds minder geld voor hun koffiebonen ontvangen, terwijl consumenten meer voor hun koffie zijn gaan betalen. Dat kan eerlijker, denkt Van Staveren van Dijk.

Het verplaatsen van de koffiebranderijen naar het land waar de koffie vandaan komt zorgt voor een eerlijkere verdeling van de inkomsten. ‘Als wij daar branden blijft er driehonderd procent meer geld achter.’ Een goed idee, volgens Ruerd Ruben, hoogleraar Ontwikkelingsstudies aan de Radboud Universiteit Nijmegen. ‘Dat is voor kleine boeren toch wel handig, want die krijgen (van normale koffie, red.) ongeveer tien à twaalf procent van de prijs die de consument uiteindelijk betaalt. De rest is handel, transport, de verpakking en vooral de supermarkt.’ Wat de boer krijgt is dus maar een heel klein gedeelte. Ook de opbrengst van fairtrade-koffie is relatief laag, weet Ruben. ‘Veel boeren zijn gecertificeerd maar kunnen maar een klein gedeelte van hun productie verkopen – in Oost-Afrika maar een kwart. De extra prijs die zij ervoor krijgen is door de lage wereldmarktprijzen ook nog niet heel substantieel. Wij zeggen altijd – om aardig te zijn – het is een bescheiden opbrengst.’ Met de fairchain-koffie zou dertig tot veertig procent van de verkoopprijs in het koffieproducerende land terechtkomen.

Waarom doen andere fairtrade-koffiehandelaren dat dan niet?

‘Ik vind het heel sympathiek’, aldus Peter d’Angremond, directeur van Stichting Max Havelaar. ‘Alleen het creëren van meer toegevoegde waarde voor boeren in ontwikkelingslanden is veel breder dan het branden en verpakken van koffie.’ d’Angremond denkt dat andere manieren meer waarde opleveren voor de boer: ‘Er zijn heel veel boeren die nog ongelofelijk vooruit kunnen, daar waar het gaat om de productiviteit van hun land, de kwaliteit van de koffie die ze verbouwen. Wat wij zien is dat heel veel van de boeren (…) als eerste investeringen doen om te zorgen dat de koffie die zij produceren van hoge kwaliteit is. Hoge kwaliteit betekent hogere opbrengsten en op het moment dat je zorgt dat de productiviteit van jouw hectare omhooggaat, betekent ook dat weer meer opbrengsten.’ Max Havelaar doet goed werk, volgens Van Staveren van Dijk. ‘Maar zij focussen zich heel erg op de boer. Wij kijken naar de hele keten.’

Koffiegigant Douwe Egberts zegt het branden niet in land van herkomst te kunnen doen, aangezien daar maar één soort koffieboon is en het merk in haar koffie gebruikmaakt van een mix tussen verschillende bonen uit verschillende landen. ‘Zo zijn wij het gewend te gaan drinken’, aldus Van Staveren van Dijk. ‘Maar zo was het van oorsprong niet. Zo gaat het met een wijn bijvoorbeeld ook niet. Je geniet van een wijn omdat die een specifieke smaak heeft die komt uit een specifieke buurt.’ Douwe Egberts is, volgens Van Staveren van Dijk, gaan blenden (mixen, red.)om niet afhankelijk te zijn van een toeleverancier. En dat is ‘om de verkeerde redenen’, gelooft hij. ‘Eigenlijk proberen zij met zoveel mogelijk partijen zaken te doen om de prijzen te drukken. Lage prijs voor de boeren, hoge prijs voor ons; dat is maximale winst.’

De fairchain daarentegen zou een grote inkomenssprong kunnen betekenen voor boeren, volgens Ruben. ‘Het is de moeite waard om te proberen.’

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.