Een eerlijk gelijkwaardig Nederland. Wij zijn voor. Jij ook?
Wáár is BNNVARA nou voor?
13-06-2019
•
leestijd 6 minuten
•
1769 keer bekeken
•
‘Wij zijn voor’, luidt de nieuwe slogan van BNNVARA. Maar wáár is BNNVARA dan voor? In gesprek met de directie over drie zorgvuldig gekozen woorden.
Oké, BNNVARA is dus vóór. Waarvoor?
Karin van Gilst, Algemeen Directeur: 'We hebben nagedacht over de samenhang tussen alles wat BNNVARA maakt, dat willen we expliciet maken. We zijn geen omroep, maar een oproep. Een club die mensen oproept tot verandering en vooruitgang.'
Wat is dan precies die samenhang? Wat is de rode draad tussen al die programma’s en makers?
KvG: 'We willen een rechtvaardige, open, gelijkwaardige wereld. Dat is de kern bij alle dingen die we doen. Iedereen die naar ons kijkt moet denken: “ah, dit is typisch BNNVARA, goed dat deze omroep er is.” En als je het rijtje titels afloopt –
Pauw
,
#BOOS
,
Vroege Vogels
– dan past dat ook heel goed.'
BNNVARA streeft dus naar een rechtvaardige wereld. Maakt dat BNNVARA uniek?
KvG: 'We zijn een progressieve, niet-elitaire omroep, de enige in het bestel. De VPRO is ook progressief, maar VPRO-programma’s zijn voor een veel kleinere groep. Wij brengen hoge kwaliteit met een lage drempel.'
De VPRO zou na lang nadenken inderdaad óók met een rechtvaardige wereld aankomen.
KvG: 'Wij willen dat zoveel mogelijk mensen onze programma’s zien, en dat deze hen aan het denken zetten en raken. Dat het impact heeft in de maatschappij. Dat betekent dat we goed nadenken over de toon, en over hoe we een onderwerp aanpakken. En we zijn nadrukkelijk gericht op jongeren.'
Gert-Jan Hox, Directeur Content BNNVARA: 'Wij proberen meer dan anderen met onze programma’s begrip te kweken tussen mensen. Na het zien van bijvoorbeeld
Je zal het maar hebben
kijk je toch op een andere manier naar mensen die een handicap hebben.'
KvG: 'Of naar mensen die in Saoedi-Arabië wonen.'
GJH: 'Ja. In een heel groot deel van onze programma’s proberen we de wereld uit te leggen. Of we proberen begrip te kweken.'
KvG: 'Medemenselijkheid is het wel. Je praat niet over mensen, maar je legt iets uit via anderen. Dat doen we al, maar niet iedereen is zich ervan bewust welke programma’s van BNNVARA zijn. Het is eigenlijk weleens goed om dat te zeggen.'
We hebben het nu over medemenselijkheid en rechtvaardigheid. Zodra je gaat graven naar wie je bent, kom je al snel bij grootse woorden.
GJH: 'We willen zo uitgesproken mogelijk zijn en hebben inderdaad grote ambities. We willen mensen bewust maken van de wereld om hen heen. We willen uitleggen hoe het eraan toegaat in
Syrië
. Of hoe het is om te leven met een nare chronische ziekte of een uiterlijk dat mensen afschrikt.'
KvG: 'Daarnaast is het belangrijk dat we het verhaal van Nederland vertellen. We worden overspoeld met techreuzen zoals Netflix en Google. Dat soort bedrijven vertelt prachtige verhalen, maar dat zijn niet ónze verhalen. Daarom maken we zo veel zelf en kopen wij bijvoorbeeld niet allerlei buitenlandse detectives aan. BNNVARA is de omroep met het grootste aantal makers in dienst. We bekijken wat er in de wereld gebeurt vanuit een Nederlands perspectief, maar we kijken ook naar wat er hier gebeurt. En we zijn ervan overtuigd dat het overal beter kan.'
GJH: 'Ik vind het een heel aantrekkelijke gedachte dat we een club van wereldverbeteraars zijn. Dat we streven naar gelijkheid, naar begrip tussen mensen. Dat we op een zorgvuldige manier omgaan met natuur en milieu. Dat klinkt allemaal een beetje donquichotachtig, maar daar is niks mis mee.'
In het spotje is BNNVARA voor feiten en meningen. Voor feiten zijn we allemaal. Hoe zit dat met die meningen? Daar zit het web toch ook al vol mee? Wat heeft BNNVARA daaraan toe te voegen?
KvG: 'We zijn voor het gesprek. We geloven dat als iedereen zijn eigen mening kan geven, het beter kan worden.'
Maar zou een publieke omroep die meningen niet moeten toetsen aan de feiten? Omdat iedereen op het web al overal zijn mening kan geven. BNNVARA moet toch geen doorgeefluik van meningen zijn?
KvG: 'Meningen kun je niet negeren; het lijkt wel of mensen door de opkomst van social media meer van meningen dan van feiten houden. Daar kunnen we een goede rol in spelen.'
GJH: 'We nodigen de mensen van wie we de mening wij belangrijk vinden uit voor een gesprek. Het maakt dan niet uit wat voor mening het is. Die mensen worden in een talkshow voortdurend uitgedaagd om die mening op een verantwoorde manier te verdedigen. Dát is waar we voor staan. Er moeten dus scherpe gespreksleiders zijn, en heel goede redacties. Ze moeten kritisch ondervraagd worden over die mening.'
KvG: 'Een talkshow is zo goed als zijn redactie. En we hebben natuurlijk de twee beste talkhows, met twee hele goede redacties. Daar wordt dagelijks, wat zeg ik: ieder uur nagedacht over de feiten en de meningen van die dag. Dáár zijn wij voor. Net als bij
De Nieuws BV
trouwens, die ook meer toetst op feiten en de meningen daarvan scheidt. Programma’s als
Kassa
en
Zembla
hanteren ook een scherpe feitentoets.'
Wat zien we van deze gedachte terug in de programma’s? De Gevaarlijkste Wegen Van De Wereld is nu afgevallen, vervalt er dan nog meer? Hoe moet ik dat voor me zien?
GJH: 'We hebben veel titels die al lang lopen en dat is goed, maar we bekijken ook continu hoe we kunnen vernieuwen. Bij nieuwe dingen die we maken kijken we goed naar hoe het past bij de waarden die we nu met elkaar hebben vastgesteld. Zo is er deze zomer het programma
De Opstandelingen
, waarin Sophie Hilbrand buurten en dorpen bezoekt waar bewoners zich het slachtoffer voelen van voortdurend bestuurlijk onrecht. En we starten een nieuw journalistiek platform met Sinan Can.'
En bij programma’s als 3 Op Reis? Dat programma gaat zich toch meer richten op bijvoorbeeld reizen met de trein, in plaats van het vliegtuig?
GJH: 'Dat is een goed voorbeeld. Wij vinden reizen heel belangrijk, omdat je altijd de blik naar buiten moet houden. Tegelijkertijd staat reizen ook onder druk. Dus kijken we naar de manier waarop je reist – en welke boodschap je daarmee afgeeft.'
KvG: 'Bedenk: we hebben het mandaat van onze achterban. We hebben meer dan 450.000 leden. Dat willen we veel meer uitdragen en daar willen we ook meer mee in contact komen, meer interactie mee hebben. We laten zien wat onze intentie is, kijk naar onze programma’s, lees ons, luister, kom in actie – doe méé.'
Hoe verhouden deze plannen zich tot de koers die de NPO vaart? Je kan van alles willen, maar de NPO honoreert een programma-idee. Of de NPO keurt het af en dan heb je niks.
GJH: 'Je kan inderdaad niet alles. Maar je kunt er wel voor zorgen dat wát je aanbiedt bij de NPO, in ieder geval past bij de boodschap die je wil uitdragen. Voor NPO 1 moet ik meer letten op de breedte van het publiek dat we willen bereiken, méér dan voor NPO 2 of NPO 3. Maar bij alles wat we daar aanbieden, denken we na over hoe het zich verhoudt tot onze missie en boodschap. Het is ook in het belang van het publiek, en dus de NPO, dat het bestel zo pluriform mogelijk is, dat er wat te kiezen valt. De verantwoordelijkheid voor een uiteenlopend programma-aanbod ligt bij de omroepen. Wat dat betreft is die discussie niet zo ingewikkeld. Laatst hebben we een programma gepitcht over de succesvolste nieuwkomer in Nederland. Dat valt meteen heel goed bij de NPO.'
KvG: 'De NPO heeft ook als opdracht om meer jongeren te trekken en om zich te richten op diversiteit. Nou, dat zijn ook dingen die wij heel belangrijk vinden.'
Verandert deze verhouding nog als de plannen van Arie Slob doorgaan? Een deel van zijn plannen is al gelekt. Daarin staat bijvoorbeeld dat NPO 3 moet wijken voor een regiozender.
KvG: 'Hier gaan we natuurlijk op reageren, maar dat doen we pas zodra we echt weten wat in de brief van minister Slob staat. Er zijn nu een paar dingen naar buiten gekomen – ik weet dat enkele onderdelen van die brief echt anders liggen dan nu in de kranten staat. Maar ik heb de brief nog niet gezien. Eerst de feiten, dan de meningen.'