Typisch Helmond-West - Nick
© Marjon Lukje
Helmond-West (de wijk die Typisch de komende weken volgt) door de ogen van de schooldirecteur aldaar. ‘Wij krijgen veel vragen van ouders: hoe doe ik dat eigenlijk, opvoeden?’
Het is een drukke tijd voor Monique Klaassen, directeur van basisschool Westwijzer in volkswijk Helmond-West. Het kabinet heeft enkele dagen vóór dit interview opnieuw een lockdown afgekondigd; basisschoolkinderen zitten thuis. En hoewel de ouders van ‘best veel’ kinderen géén cruciaal beroep hebben, wil Klaassen ze graag op school. ‘Een aantal is er omdat wij of de jeugd- en gezinscoaches willen dat deze kinderen op school worden opgevangen.’
Waarom wil je dat deze kinderen in de school zijn?
Het gaat met name om kinderen bij wie thuis de structuur ontbreekt, of waar ouders het niet lukt om het thuisonderwijs te steunen – soms vinden ouders het überhaupt lastig om kinderen op te voeden. Bij sommige kinderen speelt mee dat ouders de taal niet beheersen. Maar met name als het gaat om veiligheid, vinden we het belangrijk dat de kinderen in beeld blijven.
Waren er vorige lockdown kinderen buiten beeld?
Toen was ik nog geen directeur hier, maar wat ik heb begrepen is dat er één gezin daadwerkelijk onvindbaar was. Tegelijkertijd waren de kinderen ook heel snel weer gevonden, want dat is ook weer het voordeel van hier in een wijk zitten waar de sociale controle groot is.
Maar waar was dat gezin dan gebleven?
Gewoon thuis, maar ze reageerden nergens op. Weet je, er zijn gezinnen hier die vanuit een bepaalde cultuur al heel snel denken: er wordt ons iets aangedaan, en dat is een vijand van buiten, dus wat doen we? We sluiten de deuren, we sluiten de ramen, we blijven binnen. Zij hebben snel de neiging om zich helemaal af te schermen en zichzelf te beschermen, dat zit in hun cultuur.
Helmond-West (beter bekend als ’t Haagje) is een oude Brabantse volkswijk waar veel culturen door elkaar wonen en die vaak negatief in het nieuws komt met hangjongeren, rellen en overlast. Veel hoofdpersonen uit de serie hebben een link met de wijkschool en het gebouw Westwijzer, waar de school in is gevestigd.
Jij bent pas kort directeur bij Westwijzer. Je komt zelf niet uit Helmond. Wat was jouw eerste indruk van de wijk en de school?
Na mijn sollicitatie ben ik eens door de wijk gaan rijden. Ik merkte dat het een echte volkswijk is, waar groepjes kinderen buiten op straat zijn. Ze spelen, maar ze hangen ook. En het valt meteen op dat er veel verschillende culturen in de wijk zijn. Ik zag dat er aandacht is geweest om de wijk vooruit te helpen, er zijn veel mooie speelpleintjes. Je ziet: dit is een wijk in opbouw en iedereen wil hier iets moois van maken.
In de serie Typisch Helmond- West zien we onder andere een Pools gezin, een Antilliaans gezin, een Turkse familie, maar ook genoeg oude ‘Hagenezen’.
Dit is een heel diverse school. En dan bedoel ik divers in de breedste zin van het woord. We zien hier sowieso heel veel Poolse en Syrische gezinnen. Maar ook echt typische gezinnen uit ’t Haagje die wat extra’s nodig hebben in de opvoeding en aansturing.
Dat klinkt als een grote multiculturele smeltkroes. Wat betekent dat in de praktijk?
Dat de grootste uitdaging de taalbarrière is. Ik heb het dan niet alleen over de Poolse en Syrische gezinnen die nog niet zo goed Nederlands spreken, maar ook over taalarmheid bij sommige sociaal zwakkere gezinnen. Het is daarom een uitdaging om ouders bij het onderwijs te betrekken.
Voor veel schooldirecteuren zal het juist een uitdaging zijn om ouders zich iets mínder met de docent te laten bemoeien.
Ik heb hiervoor gewerkt in Schijndel op twee verschillende scholen. Een van die scholen was een school met de prinsjes en prinsesjes – zo noem ik het maar. De ouders weten hoe je een kind iets leert. Ze stellen veel vragen aan de docenten. Die ouders hebben wij hier veel minder.
Hoe betrek je de ouders hier dan meer bij het onderwijs?
Wij werken heel nauw samen met de kinderopvang, die ook in dit pand zit. Dat zijn wij heel erg aan het intensiveren, want uiteindelijk willen we er naartoe dat de school een aanbod is voor kinderen van 0 tot 12. We kunnen niet zonder elkaar. Wij krijgen veel vragen van ouders: hoe doe ik dat eigenlijk, opvoeden? Hoe zorg ik ervoor dat mijn kind op tijd naar bed gaat? Ik vind het belangrijk dat je daar als school antwoord op kan geven. En die vragen beginnen al met: ik heb een baby, hoe verschoon ik een luier? Soms is dat gewoon niet zo normaal als je zou denken.
Moet je uit een bepaald hout gesneden zijn om op deze school te kunnen werken?
Je moet vooral flexibel en positief zijn. Niet alles gaat zoals je het gepland hebt. Je moet in oplossingen kunnen denken. Je moet veel weten hoe leerlijnen van kinderen in elkaar steken omdat het leren niet altijd gaat zoals we zouden willen. Maar er gebeuren ook heel mooie dingen. Laatst zat er bijvoorbeeld een manneke van een jaar of negen met zijn juf in mijn kantoor. De jongen was heel boos, hij had zijn juffrouw gebeten. Dat was de grens. Tegelijkertijd wist ik ook van het onverwerkte oorlogstrauma van de jongen. De juf gaf die jongen uiteindelijk een knuffel, waarna het kind in snikken uitbarstte. Die collega pakte dit geweldig op, ze creëerde een veilige plek, daar is ons hele team heel goed in. En het is ook zo’n lief jong.
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!