Een eerlijk gelijkwaardig Nederland. Wij zijn voor. Jij ook?
Hoe maken we de gezondheidszorg in Nederland beter?
28-05-2019
•
leestijd 3 minuten
•
115 keer bekeken
•
Foto Rob ter Bekke
Een van de machtigste vrouwen in de zorg ziet waar de knelpunten zitten. ‘Maar dit is het moeilijkste om aan te pakken.’
Een van de machtigste Nederlandse vrouwen in de zorg, zo wordt ze genoemd. In
De wereld draait door
was Pauline Meurs één van de namen die voorbijkwam in de Denk Anders Vrouw-rubriek. ‘Ze heeft zich op heel veel vlakken ingezet voor de gezondheidszorg’, vertelde Iris Sommer (hoogleraar Psychiatrie aan het Universitair Medisch Centrum in Utrecht) aan de
DWDD
-tafel. ‘Ze zag dat de maatschappij veranderde. Ze zag dat gezondheid niet beperkt moet worden tot lichamelijke gezondheid. Dat is nu vrij normaal, maar dat was toen niet zo. Zij was één van de eersten die zei dat psychische gezondheid heel belangrijk gaat worden.’
Om het maar even zo te stellen: als Pauline Meurs iets over de zorg zegt, dan is daar jaren ervaring, onderzoek en denkwerk aan voorafgegaan. Volgende maand treedt ze af als voorzitter van de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving (een belangrijk adviesorgaan voor de politiek). In
Buitenhof
vatte ze bij Hugo Logtenberg haar bevindingen in de zorg samen. Daarbij is maatwerk één van de struikelblokken, zegt ze. ‘We hebben onze mond vol van maatwerk, maar we krijgen dat niet voor elkaar.’ Probleem hier: bureaucratie heeft de neiging om te standaardiseren – precies de tegengestelde kracht die voor maatwerk nodig is. ‘Het verschil willen en durven maken is toch veel moeilijker dan we denken. [..] Als je het verschil wil maken, dan moet je wikken en wegen. Dan moet je keuzes maken. En dat is natuurlijk ongelofelijk veel lastiger, want daar past de bureaucratie eigenlijk niet in.’
Vangnet
Een voorbeeld: voor mensen met een psychiatrische aandoening kun je moeilijk één generieke oplossing verzinnen, vindt Meurs. ‘Voor deze groep mensen betekent het dat ze meerdere dingen tegelijkertijd hebben: én ze hebben misschien schulden, en geen dak boven hun hoofd, en misschien ook een verslaving. Daar moet je eigenlijk heel specifiek kijken: wat is voor deze patiënt het beste om te doen? Nog belangrijker: in de zorg ben je even ziek en dan ben je weer beter. Maar deze mensen hebben altijd zorg nodig, een soort vangnet. En dat vraagt heel toegesneden aandacht voor de zorg die ze nodig hebben.’
De weg kwijt
En dan is er nog de toegankelijkheid van zorg. Een onderzoek van de Raad onder zeventienduizend mensen wees uit dat mensen verdwalen in de zorg. ‘Ze weten niet bij welk loket ze moeten zijn. Dat geldt inderdaad voor de meest kwetsbaren: deze groep mensen heeft vaak meerdere aandoeningen tegelijkertijd. Hartkwalen en diabetes bijvoorbeeld, en ook schulden. Ze leven vaak in armoede, ze zijn echt gewoon de weg kwijt.’ Bij hen hoef je niet met nieuwe subsidiepotjes aan te komen als ze die zelf op internet moeten aanvragen. ‘Ons hele beleid van de afgelopen jaren is heel erg gericht op zelfredzaamheid. Dat is echt een mantra geworden. Eerst zelf oplossen, en als je dat niet meer kan, dan moet je naar de zorg. Voor heel veel mensen is dat gewoon helemaal geen haalbare kaart.’
Twee jaar eerder berichtte Zembla al iets soortgelijks, en verwees daarbij ook naar de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving: voor een steeds grotere groep mensen in Nederland is de samenleving te ingewikkeld geworden. Daardoor lopen ze het risico in de schulden te belanden. Regels moeten vereenvoudigd worden om te voorkomen dat de problemen erger worden. ‘De raad concludeert dat er veel wordt gepraat over het onderwerp, maar dat er op het vlak van preventie nauwelijks iets verbetert.’ In die reportage zagen we hoe mensen met een laag IQ verstrikt raken in regels en formulieren.
Ruimte
De twee problemen die Meurs benoemt, hangen ook nog met elkaar samen: mensen met bijvoorbeeld een psychiatrische aandoening én schulden, weten ook vaak niet de weg naar de juiste zorg. Wat te doen? ‘Dit is het moeilijkste om aan te pakken’, zegt Meurs. ‘Daar gelden geen algemene maatregelen, daar moet je heel precies kijken en willen kijken. En professionals echt de ruimte geven om hun vak uit te oefenen.’