Hebben trans vrouwen een voordeel in (top)sport?

Sporten kennen over het algemeen twee categorieën: één voor mannen en één voor vrouwen. Maar in welke categorie val je als je geboren wordt als man, maar nu als vrouw door het leven gaat?

Sportbonden worstelen ermee: trans personen in de topsport. Kan een trans man uitkomen in een sportcategorie voor mannen? En hoe zit dat met een trans vrouw? Kan zij meedoen bij de vrouwen?

In Nederland kan je over het algemeen na je transitie gewoon meedoen in de categorie waar je je thuis voelt, tot het topsport betreft. Dan wordt het een stuk ingewikkelder. Zo heeft de mondiale atletiekbond trans vrouwen bijvoorbeeld uitgesloten van deelname aan toernooien.

Ook darter Noa-Lynn van Leuven kreeg met uitsluiting in de sport te maken. Dat ze meespeelt in de vrouwenploeg leek voor lange tijd geen probleem te zijn voor de mede-darters. Na haar recente successen kwam daar verandering in. ‘Ik ben een vrouw en ik wil eigenlijk gewoon doen wat ik heel graag doe. Dat is darten – en ik kan het ook nog eens heel goed', aldus Van Leuven bij Sophie & Jeroen.

Het korte antwoord: nee. Uit onderzoek, in samenwerking met het Internationaal Olympisch Comité, blijkt dat trans vrouwen vaak helemaal geen voordeel hebben op cisgender vrouwen (vrouwen die geboren zijn als biologische vrouw).

In het onderzoek werden de sportprestaties van 75 atleten – onder wie zowel cisgender mannen en vrouwen als transgender mannen en vrouwen – vergeleken. En wat blijkt? ‘Trans vrouwen hebben over het algemeen geen betere, maar juist een slechtere, conditie. Hun longfunctie is minder en ze hebben minder spierkracht in hun onderlichaam dan cis vrouwen’, legt Juan van De Marker uit. Oftewel: trans vrouwen hebben ten opzichte van cis vrouwen vaak geen voordeel in topsport.