Een eerlijk gelijkwaardig Nederland. Wij zijn voor. Jij ook?

Hoe vergaat het mensen uit eerdere seizoenen Floortje naar het einde van de wereld?

17-03-2022
  •  
leestijd 7 minuten
  •  
6823 keer bekeken
  •  
Floortje Naar Het Einde Van De Wereld

Floortje Naar Het Einde Van De Wereld

Vier gezinnen uit Floortje naar het einde van de wereld vertellen hoe het hen nu vergaat.

Nadat corona de wereld twee jaar op slot gooide, heeft globetrotter Floortje Dessing haar rugzak weer uit de mottenballen gehaald. Ein-de-lijk. Voor het achtste seizoen Floortje naar het einde van de wereld bezoekt ze onder meer uithoeken in Belize, Argentinië en in het totaal onbekende eilandje Mohéli (onderdeel van de Comoren). Zij loodst haar kijkers opnieuw langs Instagram-waardige landschappen, kluizenaars, meerwaardezoekers en pure overlevers. En in de slipstream van die kleinere levens komen grotere thema’s aan bod, zoals stroperij en milieuproblemen. Maar hoe vergaat het de mensen bij wie zij eerder langs ging? We zochten contact met vier van hen. ‘Er hebben veel Nederlanders in onze olifantenopvang gewerkt door het programma. Fantastisch.’

Sarah Lurcock, South-Georgia
Sarah Lurcock

Sarah Lurcock

© Floortje naar het einde van de wereld

De Britse Sarah Lurcock (59), werkzaam als conservator op het eiland South-Georgia, was in 2019 te zien in twee afleveringen. Ze woonde 20 jaar bij het voormalige walvis verwerkingsstation Grytviken naast het graf van poolreiziger Ernest Shackleton en tussen de ruïnes van de fabriek waar 175.000 walvissen de dood vonden. Dessing besteedde veel tijd aan dit indrukwekkende portret omdat het haar liefst drie weken kostte om in Grytviken te komen. In februari 2022 treffen we Lurcock in een gehucht in een mini-huisje aan de Engelse kust van Devon.

Haar werkkamer is bekleed met behang van het poolgebied. ‘Tsja, onder normale omstandigheden had ik nu in Grytviken gezeten, maar de pandemie verhindert mij al twee jaar terug te reizen naar het eiland. Maar dat geldt dus ook voor de bezoekers. Er kwamen er al niet veel omdat een expeditie naar South-Georgia zo’n 10.000 euro kost. Maar waar het museum normaal gesproken 10.000 toeristen per jaar ontvangt, komen er nu hooguit 1000. Het verhalen vertellen aan hen mis ik het meest. Gek: ik had gedacht dat ik vooral heimwee naar de natuur en de pinguïns en robben zou hebben. Maar het is de complete setting van het afgelegen gebied en de interactie met de bezoekers waar ik naar verlang. Ik stel me flexibel op: heb online exposities en programma’s gelanceerd en houd me vanuit hier bezig met promotie en fundraising voor het museum. Daarnaast heb ik me als een echte Britse gestort op tuinieren: ik ben een expert op het gebied van narcissen, krokussen en tulpen.

Ik vind het mooi de wisselingen van de seizoenen mee te maken. En ander voordeel: ik zie mijn man weer eens. Sterker: we zitten dag en nacht op elkaars lip. Wanneer ik in Grytviken verbleef, zag ik hem soms twee jaar niet.

Ik heb een soort aan- en uitknop waardoor ik me makkelijk kan aanpassen aan totaal verschillende situaties. Mijn reisschema voor de terugtocht zit al twee jaar in mijn hoofd en ik hoop dat het er in oktober eindelijk van komt. Dan wil ik het museum overdragen aan mijn opvolger en mij voorgoed in Engeland vestigen.’

Ingmar en Veronika, Chili
Ingmar en Veronika

Ingmar en Veronika

© Floortje naar het einde van de wereld

Vijf jaar geleden bezocht Floortje het Duitse stel Ingmar en Veronika dat in 2009 Stuttgart inruilde voor een afgelegen stuk grond op een paar uur van het Chileense Coyhaique aan de voet van de Andes. Ze woonden er met negen kinderen in een zelfgebouwd huis zonder stromend water en elektriciteit. Doel: zelfvoorzienend zijn en in het moment leven met weinig bezittingen. In februari 2022 is er nog een baby bijgekomen en verblijven ze in een provisorische hut een paar uur van het meer noordelijk gelegen Villa Paulina. Veronika (43): ‘We zijn verhuisd omdat de grond bij Coyhaique te rotsachtig was om voldoende groenten te verbouwen en voedsel voor onze geiten, kippen en schapen. Op de nieuwe plek kan dat wel. Ingmar bouwt met onze zoon Jonathan een nieuwe boerderij. Omdat ze geen hulp krijgen en er weinig geld is gaat dat langzaam, ze zijn al twee jaar bezig. Ik hoop dat we er nu voor de winter in kunnen want het wordt hier dan steenkoud.

Ons vorige huis hebben we voor een goed bedrag kunnen verkopen. Daardoor hadden we geld om met het hele gezin begin 2020 naar Duitsland te vliegen om familie te bezoeken. De drie oudsten zijn er gebleven: ze willen er studeren en rondkijken in de bewoonde wereld. Ik mis hen vreselijk en hoop echt dat ze voorgoed bij ons terugkeren, maar ik besef dat ze hun eigen keuzes maken. Ik kan en wil hen nergens toe dwingen. Onlangs heb ik ze nog gezien toen ik voor een operatie terug moest naar Duitsland. Ik heb enorm last van het ­carpale-tunnelsyndroom waardoor ik mijn handen nauwelijks meer kon gebruiken. Het komt van het keiharde werken op het land en het melken van de dieren. Ik heb nu tegen de kinderen gezegd dat zij meer taken moeten overnemen, ik kan dat niet meer. Mijn man werkt als gids en door corona is het moeilijk geld verdienen. Daarom probeer ik worst en kaas te verkopen en we hebben een lening moeten nemen. Op het moment hebben we echt niet veel te besteden, maar we zijn tevreden met weinig.’

Rachael Murton, Zambia
Rachael Murton

Rachael Murton

© Floortje naar het einde van de wereld

In 2013 reisde Floortje af naar Zambia waar ze aan de rand van het Kafue National Park de Britse Rachael Murton (41) trof die er werkte in een olifantenweeshuis. Om dag en nacht te kunnen zorgen voor zes baby-olifanten in de opvang en zes volwassen dieren in de release facility woonde ze zeven jaar lang in een tent vlakbij het weeshuis.

Nu heeft ze ten noorden van die plek een ‘echt huis’ laten bouwen, vertelt ze al zoomend vanuit haar werkkamer, het epicentrum van Game Rangers International.

‘Ik ontmoette mijn man en we hebben twee kinderen gekregen. Dan kun je niet in een tent wonen. Daarom zijn we drie jaar terug verhuisd. Het mooie is dat ik door die veranderingen een betere balans heb gevonden. Toen Floortje bij mij kwam leidde ik absoluut geen evenwichtig leven: 24 uur per dag klaar staan, een tent als permanent onderkomen. Dat is niet gezond. Door meer afstand te nemen, overzie ik dingen ook beter. Heb werk uit handen gegeven aan een dierenarts en meer vrijwilligers. We hebben nu in totaal 23 olifanten in de opvang die we ook hebben uitgebreid om andere dieren te helpen. Zebra’s, impala’s, gnoes en laatst hebben we een python uit visnetten bevrijd. Ik verzorg nog wel dieren, maar richt me ook op fundraising en contacten met lokale bevolking en beveiligers. Want alleen door goede voorlichting en streng optreden kunnen we het stropersprobleem indammen. Nog steeds slachten jagers dieren af en hakken mensen bomen om voor korte termijn winsten, terwijl er straks geen enkele toerist meer komt wanneer er niets te zien is. Op die duurzaamheid moeten we blijven wijzen, maar het is een moeizame weg. Mooi is dat we sinds Floortjes programma heel veel Nederlandse vrijwilligers hebben gehad die wilden werken in de opvang. En tot op de dag van vandaag nog steeds. Fantastisch. En ook sponsort Vrienden van de Olifant uit Hoofddorp ons sinds die uitzending in 2013. Ik waardeer die band enorm: soms vinden donateurs het eng om iets te storten op een rekening in Zambia vanwege het onbekende. Dan is het goed dat ze dichter bij huis terecht kunnen.’

Douwe en Olivia, Zuid-Afrika
Douwe en Olivia

Douwe en Olivia

© Floortje naar het einde van de wereld

De Nederlanders Douwe en Olivia reisden jaren geleden af naar Zuid-Amerika met hun twee kinderen. Diep in de Peruaanse jungle zetten ze dierenopvangcentrum Esperanza Verde op waar gewonde of verwaarloosde apen, luiaards, tropische vogels en andere beesten in nood terecht kunnen. Floortje was in 2018 bij hen te gast. Nu krabbelt het duo weer op na een zware periode door covid. Olivia (50): ‘We hebben hier zeker zo’n 150,160 dieren. Sommige zijn in de jungle gewond geraakt of slachtoffers van stropers. Andere werden als jonkie als huisdier aangeschaft, maar later op straat gezet. Dan kan zo’n beest zich echt niet redden in zijn eentje in de natuur. Voor de zorg zijn minstens twaalf vrijwilligers nodig.

We hadden er na Floortjes uitzending veel uit Nederland, maar corona maakte daar door alle reisbeperkingen een einde aan.

Op een gegeven moment stonden we het werk met z’n vieren te doen. Douwe en ik hebben daardoor allebei hielspoor van het vele lopen. Heel zwaar. Ook omdat ik mijn kinderen daarnaast thuis les moest geven: sinds begin 2020 zijn de scholen hier dicht. Nog steeds. Jezus, dat geeft behoorlijke stress. Niet alleen omdat ik geen lerares ben, maar ook omdat de dieren wel bleven komen. Ik heb zelfs een tijd een baby-otter en twee brulapen hier in huis gehad. Dat klinkt romantischer dan het is. Was ik met heet waterflessen in de weer en moest ik heel goed op de hygiëne letten en dan was die weer ziek en dan die. Kortom: ik voelde me totaal niet relaxed. Het was dan ook een welkome verrassing dat in oktober, toen ik 50 werd, plots mijn broer en twee beste vrienden totaal onverwacht langs kwamen. Ik heb daar veel energie door gekregen. Kon dingen weer een beetje relativeren. In april wil ik met de kinderen vijf weken naar Nederland. Door corona heb ik mijn familie al ruim twee jaar niet gezien. Zo’n lange periode vind ik heftig.’

Floortje naar het einde van de wereld, donderdag 10 maart om 20.35 op NPO 1

Door Annemart van Rhee
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!