Oude lullen gamen ook
15-09-2017
• leestijd 3 minuten
Het is een welbekend fenomeen dat je 75% van je leven aan het aftakelen bent. Zodra je jezelf na de middelbare school een beetje op orde hebt, zegt je lichaam: ‘spreek je later!’ Het is frustrerend dat je niet meer mee kan met de besten, als je competitief bent ingesteld, zoals ik. Online zijn je tegenstanders en je eigen teamleden genadeloos. Eén fuckup en je bent het pispaaltje van het hele potje.
Support spelen
Gelukkig kun je in teamgames nog ‘support’ gaan spelen. Je bent de vriend die op het gezellige feestje de hele tijd drankjes moet halen en dan staat te wachten tot iedereen terug is van de wc, maar… je bent erbij.
Om support te spelen hoef je niet razendsnel te zijn. Juist het inzicht om het grotere plaatje te zien – wat je ontwikkelt als je ouder wordt – komt goed van pas. Maar ja, wie in je team luistert naar een heen-en-weer rennende verbanddoos?
Alles geven om te winnen
Ik speel spelletjes om te winnen. Niets is er zo vervelend als een vriend die je “laat winnen”. Het is dan een overwinning zonder enige voldoening. Als iedereen zijn best doet en je sleept een overwinning uit het vuur, smaakt het resultaat tien keer zo zoet. Dat geldt voor Kolonisten van Catan en ook voor een potje League of Legends.
Ik heb me er, met 32 jaar, bij neergelegd dat ik nooit meer tot de top 10% zal behoren als een spel draait om snelle reflexen en ingewikkelde toetsencombinaties. Ook voor professionele gamers houdt het rond hun 25
e
meestal wel op.
Om te winnen ben ik dus afhankelijk van jonge kereltjes en meisjes die voor mijn team de punten binnenslepen. Dan is het jammer als je de helft van de match bezig bent met sfeerbeheer in de
teamchat
waar puberale hormonen rondgieren als vleermuizen bij zonsondergang op de camping.
Een stuk worst in haar vagina
“Jongens, het komt goed, we zijn veel sterker over 5 minuten!” of “Laten we ons focussen op die prachtige score, niet op die twijfelachtige beslissing van zojuist.” Het komt niet zo krachtig over als een snerpende piepstem van een 15-jarig jochie dat je moeder een stuk worst in haar vagina toewenst.
Op familiefeestjes zijn het dezelfde snerpende stemmetjes die je uitleggen dat Snapchat of juist Instagram helemaal leip is. Je vraagt of ze netjes hun huiswerk maken. Daarna kun je weer zinnige gesprekken gaan voeren met mensen van je eigen leeftijd over hypotheken en projectmanagement.
Maar online heb ik ze keihard nodig om mijn onlesbare dorst naar overwinningen te lessen.