Sardinië

Het Italiaanse eiland Sardinië kent twee verschillende gezichten. Aan de ene kant vind je het populaire kustgebied, aan de andere kant het authentieke binnenland. Zo heb je de overdadige stad Porto Cervo, een plek waar de jetset elk jaar in de zomermaanden neerstrijkt. Een overnachting in een van de dure hotels in de speciaal daarvoor aangelegde stad kan daarom flink in prijs oplopen.

Het andere gezicht van het eiland bestaat vooral uit groen en water. Een mooie plek om te slapen is dan ook een agriturismo, een luxe variant van ‘slapen bij de boer’. Vervolgens kan je een bezoek brengen aan een van de drie grote natuurreservaten van het eiland. Door de verspilling van water heeft vijftig procent van het eiland te maken heeft met verwoestijning. Door het aanleggen van beschermde natuurreservaten probeert de overheid het grote toerisme duurzamer te maken.

Het eiland kent een rijke geschiedenis en dat zie je vooral terug in het straatbeeld van Cagliari en de andere steden en dorpen op het eiland. Vooral als je het binnenland in trekt, kom je nog veel oude Italiaanse gebruiken tegen. En de historische nuraghi huizen waarvan archeologen de betekenis nog steeds niet kennen. Het kenmerkende van deze nuraghi torens is dat er geen cement wordt gebruikt bij het bouwproces. In Sardinië vind je maar liefst zevenduizend (!) van dit soort torens.

Het eten op Sardinië bestaat alleen uit pizza, spaghetti en andere pasta’s. De specialiteit van het eiland is gedroogd vlees. Verdeeld over het eiland vind je veel typisch Sardijnse restaurants zoals Su Cumbidu, Trattoria Cavour en Corso 82. In de kleine kustplaats Alghero ligt het beste visrestaurant van het eiland, Al Tuguri, waar de vis koning op het bord is. De typische Sardijnse keuken vind je in Ristorante dal Corsaro en de meer in het binnenland gelegen Ristorante Su Gologone.

De echte culinaire liefhebber gaat naar Ristorante Gallura waar exotische ingrediënten met een Sardijnse twist worden klaargemaakt. Maar ook voor de iets minder vermogende reiziger is er op culinair gebied genoeg te vinden.

Dankzij topmodellen, filmsterren en de internationale jetset die Sardinië elke zomer aandoen is het eiland uitgegroeid tot een feesteiland. Zodra de zon onder gaat, openen de clubs op het strand zoals Oscala, Porto Rafael of Cala Luna, dat alleen per boot te bereiken is. Maar ook voor een iets rustigere avond uit zijn er genoeg bars te vinden in de grotere steden op Sardinië.

Een vlucht naar Sardinië duurt rond de 2,5 uur. Eenmaal aangekomen, kan je Sardinië het beste verkennen vanaf het water. Een zeilboot inclusief bemanning is dan misschien wat prijzig, maar voor meerdere dagen is dat zeker een aanrader. Voor vervoer over het eiland is de auto het perfecte vervoersmiddel. De wegen op het eiland zijn prima. En jezelf van A naar B verplaatsen gaat nu eenmaal het snelst met de auto. Er rijden weinig treinen op Sardinië, maar de bussen zijn prima en erg goedkoop.

Beste reistijd: Mei, juni, september, oktober
Visum: Nee
Inentingen: Nee
Valuta: Euro
Taal: Italiaans

Met dank aan Fundadore.

Froukje is op Sardinië waar ze de twee gezichten van het eiland onderzoekt. Aan de ene kant het populaire kustgebied, aan de andere kant het authentieke binnenland. Ze begint haar reis in het overdadige stadje Porto Cervo, een plek waar de jetset elk jaar in de zomermaanden neerstrijkt.