Voor een panoramische treinroute hoef je niet honderden kilometers van huis verwijderd te zijn. Soms ben je er slechts één landsgrens van verwijderd. Bijvoorbeeld in het geval van de Rijnvallei-trein in Duitsland, die 65 kilometer lang UNESCO-landschap passeert.
De Rijnvallei-trein is de rit die je door het Duitse Rijndal vervoert, van Keulen naar Mainz en andersom. De route behoort tot de mooiste van het land. En dat heeft de treinrit te danken aan middeleeuwse kastelen, ongeschonden wijngaarden en charmante dorpen en steden. Voeg daar het ononderbroken zicht op de Rijn aan toe en je hebt een zeer gemoedelijke rit te pakken. Is er een betere manier om van deze uitzichten te genieten dan per trein? Wij geloven van niet.
UNESCO
De rit levert het allermooiste stuk uitzicht tussen Koblenz en Bingen, waar de trein vlak langs de Rijn dendert en kronkelt. Het Rijndal heeft ongetwijfeld een kalmerende invloed op je. En het is lastig om de veertig opvallende kastelen op de heuveltoppen te missen. Dit gedeelte tussen Koblenz en Bingen is 65 kilometer lang en heeft door zijn historische waarde zelfs een UNESCO-label verkregen. De dorpen, kastelen en wijngaarden schijnen een grote invloed te hebben uitgeoefend op schrijvers en kunstenaars.
Kort maar krachtig
We gaan wel eerlijk met je zijn. Je moet vooral niet verwachten dat deze trein je dagenlang door een sprookjeslandschap vervoert. De treinrit duurt namelijk slechts twee uur. Liever zou je natuurlijk langer door je treinraam willen staren, maar zie de rit als een kort maar krachtige ontdekkingstocht. Bovendien houd je extra uren over die je goed kan besteden in zowel Mainz als Keulen.
Wat is wijsheid?
De Rijnvallei-trein vertrekt meerdere keren per dag. Maar voor de meest panoramische route is het belangrijk om de juiste te nemen, namelijk de trein die via het historische Koblenz rijdt. De rivierkant levert (uiteraard) de mooiste aanzichten op. Als je in Mainz opstapt, is dat aan de rechterkant van de trein. Als je in Keulen opstapt, is dat aan de linkerkant van de trein.
Keulen
Vanuit Nederland ben je het snelst bij Keulen. Het is de moeite waard om deze stad eerst te ontdekken, voordat je de Rijnvallei-trein instapt. Keulen is de vierde grootste stad van Duitsland en was in de middeleeuwen de grootste stad van het Romeinse Rijk. Noemenswaardige plekken in de stad zijn de gotische Dom, de Hohenzollern-spoorbrug en de historische binnenstad. Handig: in het hart van de stad bevindt zich ook het treinstation.
Foto: S. Borisov / Shutterstock.com
Mainz
Mainz is een stuk kleiner dan Keulen. De stad heeft de uitstraling van een charmant dorp, maar heeft de functionaliteiten van een grote stad. Dat komt vooral door de energie die de studentenpopulatie in de stad heeft geïntroduceerd. Voor het historische DNA van Mainz wil je echter door het hart van de stad struinen. Het oude gedeelte is te voet makkelijk bereikbaar. Maar schroom niet om met een gehuurde fiets de randen van de stad op te zoeken. Ook niet onbelangrijk: Mainz is de wijnkoningin onder de Duitse steden. Mocht je daar nou meermaals achter elkaar het bewijs van ondervinden, dan komt een treinrit natuurlijk goed van pas.
Foto: LaMiaPhotography / Shutterstock.com