Sommige landen zijn bereid ver te gaan om na de coronacrisis weer reizigers aan te trekken. Zo ook het bestuur van het Italiaanse eiland Sicilië, dat een groot deel van de reiskosten van buitenlandse toeristen tracht te betalen.
Het eiland is voor een gigantisch groot deel van zijn inkomsten afhankelijk van bezoekers. Deskundigen schatten het misgelopen bedrag sinds het sluiten van de grenzen op 10 maart nu al op 1 miljard euro. Het is dan ook niet verrassend dat het eiland ver durft te gaan om, zodra dit veilig kan, weer reizigers aan te trekken.
Tegemoetkoming
De Siciliaanse overheid zet daarom een budget van 50 miljoen in, dat gebruikt zal worden om de helft van het vliegticket en een derde van de hotelkosten van reizigers te betalen. Ook wordt er gesproken over het uitdelen van vouchers voor culturele activiteiten en wordt de toegang tot een groot deel van musea en archeologische vindplaatsen hoogstwaarschijnlijk gratis.
Momenteel gaat Italië langzaam een tweede fase van de lockdown in. Een deel van de regels wordt hierbij versoepeld. Steeds meer parken gaan open en restaurants krijgen de mogelijkheid om te bezorgen. Toch worden inwoners nog steeds verzocht zoveel mogelijk thuis te blijven. Over het heropstarten van de toeristische sector bestaat eveneens veel onduidelijkheid. Sicilië onderneemt alvast actie. Zodra het initiatief rond is en de grenzen veilig open kunnen, zetten ze alles op alles om reizigers weer naar het prachtige eiland te trekken.