De uitbraak van het coronavirus maakt dat we momenteel twee keer moeten nadenken voordat we zomaar het huis verlaten. Dat is ontzettend wennen. Zeker voor de avonturiers onder ons. Want het verkennen van letterlijke en figuurlijke grenzen laat hierdoor al helemaal op zich wachten. Maar ook deze maanden zijn we wel degelijk in staat om avonturen te beleven. Hoe we dat doen? Zoals men dat al eeuwen doet. Door verhalen te vertellen.
Christopher Columbus, James Cook en Neil Armstrong. Bekende namen, baanbrekende ontdekkingsreizigers en grondleggers van de wereld zoals wij hem kennen. Maar dat hebben ze uiteraard niet alleen gedaan. Nou valt er tegen het begrip ontdekkingsreiziger sowieso het een en ander in te brengen. Voornamelijk westerlingen gebruiken de term voor degenen die de reikwijdte van de westerse wereld hebben weten uit te breiden. Maar het ‘ontdekte’ land was in veel gevallen natuurlijk al bewoond. Toch blijven zogenoemde ontdekkingsreizigers reizigers, wiens verhalen het vertellen waard zijn. Zo ook deze minder bekende sages.
Het is de zevende eeuw na Christus. Een kleine jongen in China kan geen genoeg krijgen van religie en alle kronieken die hier mee te maken hebben. Op twintigjarige leeftijd is Hsuan-Tsang dan ook al een echte monnik. Hij wijdt zijn leven aan het vertalen van boeddhistische boeken uit India naar het Chinees. Maar uit angst deze verkeerd te interpreteren besluit hij de originelen zelf maar even op te gaan halen. Via Bangladesh, de Nepalese Himalaya en de Khyper-pas in Pakistan reist hij naar India. Pas na zeventien jaar komt hij thuis in China. Het reisdagboek van Hsuan-Tsang - Great Tang Records on the Western Regions – is zó gedetailleerd, dat archeologen het in de negentiende en twintigste eeuw gebruikten om de bevindingen langs zijn route op te sporen.
De vijftiende eeuw. Het tijdperk van ontdekken en verkennen is in volle gang. Europeanen zetten alle zeilen bij om de best mogelijke routes naar de best mogelijke handelsbestemmingen uit te stippelen. Zo ook Vasco de Gama, een Portugees met grote ambities. Men is destijds op zoek naar een alternatieve route naar het Oosten, want de Middellandse en Rode Zee zijn door Ottomaans-Venetiaanse oorlogen gevaarlijk terrein. Vasco neemt het voortouw. Hij heeft immers een belangrijk doel voor ogen: het verkrijgen van eeuwige rijkdom, status en roem. Als eerste Europeaan zeilt hij in 1497 om de Kaap de Goede Hoop naar India. De alternatieve route naar Azië is geboren en Vasco’s grootste wens wordt beantwoord: hij schrijft geschiedenis.
Monument van de Ontdekkingen in Lissabon, Portugal
Enkele eeuwen later. De ene na de andere ontdekkingsreiziger komt inmiddels uit de lucht vallen. In de tussentijd wordt in de Franse Bourgogne een vrouw verliefd op haar werkgever. Jeanne Baret, een bescheiden kruidenvrouw, en Philibert Commerson, een Parijse natuurwetenschapper, verhuizen samen terug naar de hoofdstad. Hier nodigt een Franse admiraal Philibert uit om als wetenschapper aan boord te komen van zijn schip. Alleen als mijn assistent Jeanne mee mag, luidt zijn antwoord. Uiteraard wil de kapitein hier niets van weten. Vrouwen aan boord? In zijn stoutste dromen niet. Toch doet Jeanne - avonturier in hart en nieren - het ondenkbare: verkleed als man reist ze in 1769 als eerste vrouwelijke ontdekkingsreiziger rond de wereld.
Alexander Gordon Laing
Al die eeuwen ontdekken, plunderen en kolonialiseren kennen natuurlijk een prijs. De Europeanen weten niet meer van ophouden. Ze willen verder, groter, meer. Ontdekkingsreizigers zijn er heilig van overtuigd dat er ergens in de Nieuwe Wereld een plaats van fabelachtige rijkdom móét bestaan: Eldorado. Oftewel, het land van goud. Ook de Schot Alexander Gordon Laing laat zich leiden door de gedachte. Met slechts een vaag idee van richting gaat hij in 1825 opzoek naar Timboektoe, de beloofde stad van Afrika.
Heb je je wel eens afgevraagd waarom de naam Timboektoe zelfs in deze tijd nog synoniem staat voor onbereikbare isolatie? Het verhaal van Alexander verklaart het een en ander. Dertien maanden dwaalt hij met zijn karavaan door de snikhete Saharawoestijn. Ze ontvluchten talloze plunderende nomaden en Tuareg-bandieten. En voeren bovendien een constant gevecht tegen de honger en dorst. Blut, verzwakt en met een hand minder komt hij eindelijk aan in de beloofde stad. Als eerste Europeaan doorkruist hij de Sahara van Noord naar Zuid. Maar tegen welke prijs? Timboektoe valt hem alles tegen en hij besluit enkele dagen later weer te vertrekken. Zijn terugreis heeft hij nooit meer na kunnen vertellen.
De naam Albert Einstein doet bij iedereen een lampje branden. Maar ken jij ook zijn avontuurlijke collega Auguste Piccard? Deze Zwitser neemt het onderzoeken van natuurwetten wel erg serieus. Beide genieën zijn gefascineerd door kosmische straling, maar komen erachter dat de atmosfeer van de aarde deze in de weg zit. Geen probleem, stelt Auguste. Dan verlaat hij de atmosfeer toch gewoon? In 1931 stijgt hij samen met collega Paul Kipfer in een heteluchtballon – compleet met drukcabine - tot meer dan 15.000 meter hoogte. Ze zijn daarmee de eerste mensen die de atmosfeer van de aarde verlaten.
Na het breken van dit record wil Auguste meer. Als hij de hoogte in kan, kan hij ook de diepte in. Want eigenlijk is een onderzeeër gewoon een omgedraaide heteluchtballon. In plaats van de druk binnenhouden, moet deze echter gigantische druk kunnen weerstaan. Een paar herontwerpen later daalt zijn zoon Jacques samen met marineofficier Don Walsh in 1960 af tot de bodem van de Marianentrog, het diepste punt op aarde. Pas een halve eeuw later werd deze missie herhaald.