Morgenrood, regen in de sloot
Na maanden paniek kwam halverwege februari eindelijk de redding: regen. En niet zo’n beetje ook. De staat New South Wales ging gebukt onder de hevigste regenval in wel dertig jaar. Een ware verademing, maar de regenstorm bracht ook nieuwe problemen. Rivieren overstroomden en de dorre droge bodems konden de plotselinge grote hoeveelheid water niet afvoeren. Delen van de staat overstroomden, bij meer dan honderdduizend mensen viel de stroom uit en sommige bewoners moesten zelfs halsoverkop geëvacueerd worden. Desalniettemin was de regen erg welkom, want een groot gedeelte van het oncontroleerbare vuur werd eindelijk gedoofd.
Dankzij de onvermoeibare inzet van duizenden brandweerlieden en een opeenvolging van stormen vanaf half februari ging het eindelijk de goede kant op. De Rural Fire Service kondigde in de eerste week van maart aan dat er voor het eerst sinds juni 2019 geen actieve bosbranden meer waren in New South Wales.
Het vuur is dus gedoofd, maar de nasleep is nog maar net begonnen. De inwoners van Australië worden normaal gesproken gekenmerkt door hun optimisme en relaxte instelling. Maar nu zijn velen overweldigd en getraumatiseerd. Het welbekende no worries klinkt momenteel niet vaak in de oren. En de gevolgen zijn onvoorstelbaar groot.
De harde cijfers
In de eerste week van maart schatte het ministerie van Binnenlandse Zaken de grootte van het verwoeste gebied op 12,6 miljoen hectare. De staten New South Wales, Victoria en
Kangaroo Island zijn het hardst getroffen. Alleen al in New South Wales is zo’n 5,4 miljoen hectare verbrand. Ter vergelijking: in een normaal bosbrand-seizoen is dit gemiddeld 300.000 hectare. De bosbranden veroorzaakten in de periode september 2019 tot en met februari 2020 meer dan 400 miljoen ton aan CO2-uitstoot. Zo’n 11,3 miljoen inwoners, voornamelijk woonachtig aan de oostkust, zijn getroffen door de rook. Duizenden huizen zijn verwoest en er zijn 34 mensen overleden.
Maar voor dat waar Australië het meest trots op is zijn de gevolgen misschien wel het meest bedroevend. Volgens ecologen van de Universiteit van
Sydney zijn meer dan een biljoen dieren gestorven in de bosbranden, waaronder 800 miljoen in New South Wales. Het gaat voornamelijk om vogels en reptielen, maar ook om zoogdieren. Zo is begin maart geconcludeerd dat ongeveer 5000 koala’s zijn omgekomen. Het totale aantal koala’s is daarmee in de laatste twintig jaar met twee derde afgenomen.
De wereld schoot te hulp
Naarmate de rest van de wereld zich in de afgelopen maanden bewuster werd van de ernst van de situatie, schoot deze te hulp. Er werden ontzettend veel inzamelingsacties gestart en de donaties stroomden binnen. Ook beroemdheden en influencers sprongen bij. In totaal zijn miljoenen dollars ingezameld, steun die hulporganisaties hard kunnen gebruiken.
Herrijzen uit de as
Nu de piek van de ramp voorbij is heeft Australië nauwelijks tijd om te hergroeperen en te herstellen. Ook hier verspreid het coronavirus zich in rap tempo. Het land is de ene noodtoestand dus nog niet te boven of het verkeert zich alweer in de volgende crisis. Toch verschijnen er enkele tekens van veerkracht. De cyclus van vuur, regen en herstel speelt zich hier al millennialang af. En het merendeel van het Australische bos is verrassend goed bestand tegen brand. Sommige boom- en plantensoorten hebben het vuur zelfs nodig. Wie goed kijkt, kan op verschillende plekken tussen de zwartgeblakerde vlaktes symptomen van leven vinden. Groene knoppen die verborgen zaten onder de bast van vuurvaste stammen komen langzaam tevoorschijn. Hét bewijs dat niet alles dood is. Door opnieuw te ontspruiten vangen de bomen zonlicht op voor fotosynthese. Op deze manier houden ze zichzelf in leven tot hun bladerdek herstelt.
© Jamen Percy / Shutterstock.com
© Jamen Percy / Shutterstock.com
Ook dieren lijken langzaam terug te keren. Zelfs in de zwaarst getroffen gebieden zijn de eerste vogels en reptielen waargenomen.
Helaas is dit niet voor elke diersoort even makkelijk. Maar wildlife-opvangcentra werken hard om geredde dieren op te knappen en weer vrij te laten, zodat populaties zich zo snel mogelijk kunnen gaan herstellen.
Het gaat langzaam, maar de eruptie van nieuw leven laat zien dat de Australische natuur – ondanks maandenlange teisteringen van vlammen en rook – zijn ding doet. Toch laat de intensiteit van het afgelopen bosbrand-seizoen veel Australiërs bezorgd achter. Het klimaat van Australië is altijd onlosmakelijk verbonden geweest met droogte en vuur. Maar de gevolgen van klimaatverandering zullen deze verschijnselen alleen maar doen toenemen. De vraag is dus of de veerkracht van de Australische natuur sterk genoeg is om deze ontwikkelen bij te houden.