Als de wind verkeerd staat, stinkt het in delen van Deurne naar rottend gft-afval. In Helmond dringt de geur van kippenmest door tot in de woningen. De stank komt van nabijgelegen industrieterreinen waar afval en mest wordt verwerkt. Omwonenden zijn het zat. Ze maken zich ook zorgen om hun gezondheid, want wie weet eigenlijk hoeveel schadelijke stoffen er hun wijk in waaien? Maar als ze bij het bevoegd gezag navraag doen en proberen iets aan de overlast te doen, lopen ze vast. Zo kan een inwoner van Helmond geen rechtszaak beginnen, omdat het op de plek waar hij woont volgens de rekenmodellen niet stinkt. Als in Buggenum de dorpsraad in opstand komt tegen de komst van “innovatieve, biobased” afvalverwerkers stuiten ze op verhullende pr-praatjes en procedures. Het zorgt voor veel wantrouwen, frustratie én strijd.
De omgevingsdiensten, die erop moeten toezien dat bedrijven de milieuregels naleven, functioneren niet goed, zo bleek vorig jaar uit onderzoek. En dan treedt op 1 januari ook nog eens de nieuwe omgevingswet in werking. Volgens minister De Jonge worden procedures simpeler en krijgen burgers meer inspraak, maar is dat wel zo? Zembla onderzoekt waarom burgers die vechten voor een gezonde leefomgeving verdwalen in een juridisch en democratisch doolhof. Stank en Strijd, deel 3.