Twee-en-een-half jaar geleden, toen de PvdA weer in het college kwam, heeft de stad het roer omgegooid
In Den Haag hebben we een klein wonder verricht. Een Haags Mirakel. In een paar jaar hebben we bereikt dat de nieuwe woningen die we bouwen, weer betaalbaar zijn voor de mensen in onze stad. Was in 2018 nog 2 op de 100 huizen in aanbouw een sociale huurwoning, vorig jaar waren dat er 33. Als we dit volhouden, zien we de komende jaren vele duizenden blije gezichten van mensen die de sleutel in het slot van hun nieuwe betaalbare woning kunnen steken. Het zijn keuzes waarover iedereen zich bij de raadsverkiezingen van 16 maart opnieuw kan uitspreken.
Door de financiële crisis van 2008 en het debacle met corporatie Vestia lagen onderhoud en renovatie van slechte woningen jarenlang nagenoeg stil. Rijk en gemeente investeerden niet meer in wijken met veel particulier bezit. De onderhoudsstaat van woningen is in sommige wijken hondsberoerd. Met schrijnende gevolgen, ik heb er vele gezien.
Er gebeurde nog meer. De publieke en sociale rol van corporaties en gemeenten werd systematisch uitgehold. Het bouwen werd – zowel door rijk als door het Haagse stadsbestuur – aan ‘de markt’ overgelaten. Wachttijden voor betaalbare woningen liepen nog verder op, woonlasten bleven stijgen.
Haagse Aanpak Twee-en-een-half jaar geleden, toen de PvdA weer in het college kwam, heeft de stad het roer omgegooid. We zijn weer aan volkshuisvesting gaan doen. We zijn plannen gaan opstellen en uitvoeren om betaalbare woningen te bouwen. We sloten een ‘Haagse Aanpak’ met woningcorporaties, beleggers en ontwikkelaars van goede wil. Het doel: minimaal 30 procent van de nieuwbouw moet een sociale huurwoning zijn, minimaal 20 procent middeldure huur en – bij voorkeur – 20 procent moet een betaalbare koopwoning opleveren. Alle instrumenten, financiële middelen en inspanningen haalden we uit de kast om dat te realiseren. En dat lukt! Zo hebben we met een duidelijke politieke visie het verschil gemaakt.
De gemeente zelf heeft bijna 200 miljoen uitgetrokken voor betaalbare woningen en het opknappen van de leefomgeving. Langzaam ging ook het Rijk meebewegen. De vorige minister van Wonen, Ollongren, gaf een impuls, al vind ik dat zij een woning al te gauw ‘betaalbaar’ vond. Want middenhuur, is voor velen duur. En een koophuis van 3,5 ton? Voor velen niet weggelegd.
Maar goed, er kwam een nieuwe regeling om de corporaties meer te laten investeren en een impuls om woningbouw te versnellen. Daardoor konden we als gemeente onlangs besluiten om Den Haag-Zuidwest ongekend betaalbaar te gaan opknappen en uitbreiden: er komen 5.500 zeer betaalbare woningen en we investeren in een mooie omgeving met alle noodzakelijke voorzieningen. We kunnen garanderen dat iedereen die daar nu woont (ca. 2000 huishoudens), er straks weer een passende en betaalbare woning terugkrijgt. Alle sociale huurwoningen komen terug en blijven sociaal. Van de 3.500 extra woningen die we bouwen, is 30 procent sociale huur, bijna 30 procent middeldure huur en bijna 30 procent betaalbare koop. Met deze aanpak kan iedereen betaalbaar terugkomen of doorstromen, kunnen we sociale structuren zo veel mogelijk in standhouden en nog veel meer Hagenaars aan een huis helpen.
Opkoopverbod Met deze aanpak van renovatie en nieuwbouw is volkshuisvesting in Den Haag terug van weggeweest. Daarin past dat we ook actie nemen in oudere wijken met relatief goedkope koopwoningen. Zij zijn een prooi van beleggers en huisjesmelkers die alleen letten op handel en rendement.
Vanaf 1 maart van dit jaar geldt in de hele stad een harde en duidelijke nieuwe regel: een verbod op het kopen van een betaalbare woning als je er niet zelf in gaat wonen. Daarmee snijden we huisjesmelkers de pas af die zulke woningen opkopen en duur gaan verhuren. Dat is hard nodig want in sommige wijken gaat bijna de helft van de huizen naar een belegger.
En we hebben nog meer gedaan: het opgeknipt of opgesplitst verhuren hebben we in kwetsbare wijken aan banden gelegd. De gemeente zet meer mensen in om steviger en sneller boetes uit te delen als dat toch gebeurt. En we maken ons sterk voor een stelsel (liefst al per 1 juli) waarbij een vergunning nodig is om te mogen verhuren. En die houd je alleen als je een goede verhuurder bent die aan de eisen van de gemeente voldoet.
Huren vrije sector aan banden Maar ook dit is niet genoeg. Voor starters, jonge stellen die gaan samenwonen en voor ouderen die kleiner willen gaan wonen zijn bijna geen betaalbare woningen te vinden. Dat komt doordat een verhuurder voor een woning mag vragen wat hij wil, al is het nog zo’n krot, al stop je er nog zoveel mensen in. Laatst is een woning van 78 m 2 verhuurd voor 2.400 euro.
Het is dus hoog tijd om de huren in de vrije sector aan banden te leggen. Dan is het gedaan met het ongegeneerd binnenharken van huurpenningen. Gelukkig is zo’n ingreep in het nieuwe regeerakkoord geen taboe meer, maar ik vind dat deze ‘huurprijsregulering’ zo snel mogelijk moet worden ingevoerd. En de gemeente Den Haag moet daarin voorop lopen, wat mij betreft.
Nu we weer zoveel nieuwe sociale woningen bouwen, worden de wachttijden op termijn weer korter, mits we die lijn vasthouden en doorzetten. We moeten daarbij de woondiscussie vooral niet laten kapen door populisten die beweren dat de komst van vluchtelingen uit oorlogsgebieden de oorzaak van de wooncrisis is. Slechts 2 tot 6 procent van de sociale woningen is voor hen nodig. Zij zijn echt niet de oorzaak of de oplossing van de problemen in de woningmarkt.
Keuzes Een effectieve aanpak van de volkshuisvesting vergt moeilijke keuzes. Heel veel woningen uit de wederopbouwperiode zijn gewoon verouderd en op. Huizen in wijken met veel particulier bezit zijn nogal eens in zeer slechte onderhoudsstaat. In veel woningen worden mensen letterlijk ziek. Wij moeten ervoor te zorgen dat zij eindelijk een keer een droge en energiezuinige woning krijgen.
Als we deze keuzes aan (populistisch) rechts overlaten dan bouwt Den Haag nog wel spectaculaire woontorens, maar verdwijnt de betaalbaarheid weer van de agenda. Daarom staat er bij de gemeenteraadsverkiezingen veel op het spel. Echte volkshuisvesting vraagt lef en eerlijke keuzes, maar dat leidt wel tot resultaat. Dat zien we aan het Haags Mirakel met al die nieuwe sociale woningen die in aanbouw zijn. Er zijn veel kapers op de politieke kust die loze beloften doen. Maar waar de kiezer baat bij heeft, is resultaat. Partijen en politici die het doen. Betaalbare huizen, betaalbare huren. Reken ze daarop af.